Georges Picquart, Frans militair en Minister van Oorlog in de periode 1906 tot 1909. Vooral bekend geworden door de rol die hij speelde in de Dreyfus-affaire.
Marie Georges Picquart wordt op 6 september 1854 geboren in het Franse Straatsburg. In 1896 is hij hoofd van de Franse inlichtendienst en ontdekt hij dat de Joods-Franse kapitein Alfred Dreyfus onterecht is beschuldigd en veroordeeld voor hoogverraad. Hij komt erachter dat niet Dreyfus, maar de majoor Ferdinand Walsin Esterhazy geheime militaire informatie heeft doorgespeeld aan de Duitsers.
Georges Picquart meldt zijn bevindingen bij de hoge legerleiding, maar die wil niets weten van zijn mededeling. Ze hebben liever dat hij zwijgt en dat de Dreyfus-affaire in de doofpot belandt. Om voorlopig van Picquart af te zijn wordt hij op een lange reis naar Tunesië gestuurd.
Arrestatie
Na de rechtszaak tegen Emile Zola, de Franse schrijver die de regering met zijn open brief J’Accuse! beschuldigde van antisemitisme, wordt ook Georges Picquart in staat van beschuldiging gesteld. Hij zou de brief die bewijst dat niet Dreyfus, maar Ferdinand Walsin Esterhazy schuldig is aan hoogverraad, zelf hebben vervalst. Picquart wordt gearresteerd en uit zijn rang gezet.
Als Alfred Dreyfus in 1903 volledig wordt gerehabiliteerd, wordt ook Georges Picquart in eer hersteld. Dreyfus keert terug in het leger als majoor en Georges Picquart wordt bevorderd tot brigade-generaal.
Enige tijd hierna (1906) treedt Picquart toe tot het kabinet van Georges Clemenceau. Hij wordt minister van oorlog en blijft dat tot 24 juli 1909. Georges Picquart overlijdt op 18 januari 1914. Dit na verwondingen die hij opliep door van een paard af te vallen. Bekend is dat Georges Picquart een groot muziekliefhebber was en vaak in de concertzalen in Wenen te vinden was. Hij was onder meer bevriend met Gustav Mahler, een Oostenrijks componist en dirigent van joodse afkomst.