De Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) gaat twee onderzoeken naar de impact van de Eerste Wereldoorlog op de bodemkwaliteit coördineren.
De Eerste Wereldoorlog, de eerste zogenaamde industriële oorlog, kwam bijna negentig jaar geleden tot een einde. aar schatting kwam ongeveer 30 procent van de projectielen die tijdens deze oorlog werden afgevuurd niet tot ontploffing. Als gevolg hiervan wordt in West-Vlaanderen jaarlijks nog ongeveer 250 ton niet ontplofte munitie gevonden. Ongeveer 5 procent hiervan zijn chemische wapens, zoals mosterdgas of cyanides. Aangetroffen munitie vertoont steeds vaker sporen van lekkage, meldt de OVAM.
Het onderzoek naar de bodemkwaliteit in de Westhoek wordt onder meer verricht door VITO (Vlaamse instelling voor technologisch onderzoek). Onderzoekers van de Universiteit Gent zullen onderzoeken welk effect zware metalen van granaten en explosieven op de bodem hebben gehad. Eerste analyses op basis van gegevens uit de OVAM-databank wijzen op een lichte verhoging van de koperconcentraties in de bodem van de frontstreek.
Op 300 locaties zal de toplaag van de bodem onderzocht worden op de aanwezigheid van zware metalen. Deze onderzoeken starten in november 2008 en lopen tot maart 2009.
- Persbericht OVAM
- Abonneer je op de nieuwsbrief van Historiek.net