In 1991 kreeg journalist Richard Schuurman de vraag waar de Poolse piloot Czeslaw Oberdak in 1944 was gebleven. Achttien jaar later pas kwam het definitieve antwoord. Een fascinerend verslag van bewonderenswaardig vasthoudende onderzoeksjournalistiek.
Op 10 oktober 1944 liep een Duitse soldaat bij de vlasfabriek in het dorp Rhoon tegen een losgeraakte bovengrondse stroomdraad. De soldaat raakte dodelijk gewond. Deze gebeurtenis had grote gevolgen. Of het ging om een ongeluk of dat er sprake was van sabotage, was niet duidelijk, maar de Duitsers namen toch op brute wijze wraak.
“Een buitengewoon belangrijk werk dat iedereen moet lezen”. Met deze woorden wordt het boek Landschappen van de metropool van de dood aanbevolen door de Britse historicus Sir Ian Kershaw.
Zomer 1969. De familie Peters uit Hilversum gaat op vakantie naar Duitsland. Ze vinden in Brauschweig een school terug, waar vader Jan tijdens de oorlog heeft ‘gewoond’. Ze gaan ook naar een fabriek, de MIAG, waar een behulpzame portier een naam opzoekt in een groot boek en een adres en telefoonnummer op een briefje schrijft.
Het boek Mei 1940, de strijd op Nederlands grondgebied van de militair historici Herman Amersfoort en Piet Kamphuis wordt algemeen beschouwd als hét standaardwerk over de strijd op het Nederlands grondgebied tijdens de meidagen van 1940. Prof. Em. J.M.J. Bosch, brigadegeneraal b.d., neemt het boek in onderstaande bespreking door en plaatst enkele interessante kanttekeningen:
Terwijl elders in door nazi-Duitsland overheerst Europa de treinen naar de vernietigingskampen in Polen al veel eerder waren begonnen te rijden, duurde het tot het voorjaar van 1944 voordat de Hongaarse Joden te maken kregen met deportaties. Duitse troepen waren in maart 1944 het land binnengevallen nadat het staatshoofd, admiraal Miklos Horthy, tot dusver een trouwe bondgenoot van Hitler, toenadering
Een 'oorlogsparadijs' was Texel in 1945 zeker niet. Terwijl de rest van Nederland al bevrijd was werd op het kleine Waddeneiland nog tot 20 mei gevochten.
“Waren we allemaal… mensen?” Dat vraagt de Poolse cavaleriekapitein Witold Pilecki (1901-1946) zich af in zijn memoires over zijn gevangenschap in concentratiekamp Auschwitz. Hij bedoelt dan de grote verschillen tussen het leven van de kampgevangenen en dat van de vrije burgers buiten het kamp. Als hij op mooie lentedagen terugkeerde van zijn werk als dwangarbeider in een leerlooierij buiten het
Voordat de nazi’s in 1933 de macht grepen, was hij in Duitsland een gevierd acteur, toneelspeler en regisseur. In 1930 was hij nog de tegenspeler van wereldster Marlene Dietrich in de speelfilm “Der blaue Engel”. Maar na de nationaalsocialistische machtsgreep werd hij opeens op straat gezet door de Duitse filmmaatschappij Universum Film AG. Niet omdat zijn prestaties niet bevielen, maar
In de nachtmerrie van de Britse generaal-majoor Roy Urquhart spoken alle fouten en tekortkomingen van de al bijna verloren Slag bij Arnhem door diens hoofd. De grootste fout maakte hij zelf. Doordat via de nieuw aangelegde antenne op de kerkspits van Oosterbeek wel contact met Londen was te maken, maar niet met de geallieerde troepen die intussen Nijmegen hadden bereikt,