De Peelhelm, een van de beroemdste voorwerpen uit de Oudheid

3 minuten leestijd
De Romeinse peelhelm (RMO)
De Romeinse peelhelm (RMO)

Een van de beroemdste voorwerpen uit de Oudheid: de Peelhelm. Rond 300 n.Chr. gemaakt van verguld zilver, in 1910 gevonden door turfsteker Gebbel Smolenaars in de Peel, tegenwoordig te bewonderen in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden. De helm is niet het enige voorwerp dat Smolenaars uit het veen haalde: hij vond ook enkele vierde-eeuwse munten, een mantelspeld, delen van een paardentuig en een ruiterspoor.

Detail van de Peelhelm (RMO)
Detail van de Peelhelm (RMO)
Net als moderne helmen bestaat de Peelhelm uit een binnen- en een buitenhelm. De binnenhelm moet van ijzer gemaakt zijn geweest. Doordat het voorwerp gelegen heeft in veen, is het ijzer compleet weggeroest. De buitenhelm, gemaakt van edelmetaal, heeft het wel overleefd. Ze bestaat uit veertien onderdelen die met gespjes en riempjes waren verbonden.

Er was meer. Een linkerschoen. Drie rechterschoenen in verschillende maten. En textiel, waarvan we weten dat het is vervaardigd in Syrië. Tot slot vermeld ik drie inscripties. De minst interessante vermeldt het zilvergewicht: een pond en anderhalf ons. Zulke prijskaartjes waren destijds niet ongebruikelijk.

De tweede inscriptie vermeldt een legeronderdeel: de Zesde Stablesiaanse Garde. Dit was een cavalerie-onderdeel dat de keizer begeleidde als hij op reis was. Soms streden ze aan het front. Een combinatie van commandotroepen en lijfwacht dus. Elitetroepen.

Eigenaar

En dan is er de derde inscriptie. Die vermeldt een Marcus Titus Lunamis. We weten niet wie het was. Omdat het legeronderdeel staat vermeld, is wel aangenomen dat de kostbare helm eigendom was van dat onderdeel. Als dit correct is, kan Lunamis dus niet de eigenaar zijn geweest en kan het gaan om de edelsmid. Dit is de gebruikelijke uitleg, maar je zou hebben verwacht dat deze zijn handtekening aanvulde met een letter F, de afkorting van fecit,

“hij heeft het gemaakt”.

Was Lunamis dan toch de eigenaar? Er is een tegenargument. Je zou dan namelijk hebben verwacht dat de man zijn naam op het voorwerp zou hebben aangebracht in een genitief, de naamval waarmee bezit wordt aangeduid. Zo was het althans in de eerste twee eeuwen van onze jaartelling; uit latere tijden hebben we niet zoveel voorbeelden. Overigens geldt dit argument ook tegen de interpretatie dat de Zesde Stablesiaanse Garde de eigenaar was: ook die naam is niet in de genitief geschreven.

Detail van de Peelhelm (RMO)
Detail van de Peelhelm (RMO)

Kortom: we hebben geen idee wie de eigenaar was. Dat maakt de interpretatie weer lastig. Is hier een ruiter verdwaald en verdronken in het moeras? Ik herinner me hoe ik als kind een verhaal van Jaap ter Haar heb gelezen dat het zo presenteerde. Of bracht een soldaat, na te zijn gedemobiliseerd, in de Peel een wapenoffer? Ook dat kan waar zijn. Als we nou zouden weten wie de eigenaar was, kwamen we een stap verder: aannemend – aannemend! – dat je niet andermans spullen offert, duidt een helm die eigendom was van een legeronderdeel op toevallig verlies en dus een verdrinking. Een helm die persoonlijk bezit was, duidt mogelijk op een offer. Ik schrijf “mogelijk” want je kunt natuurlijk ook verdrinken met je persoonlijke bezit bij je.

Roman

De slag bij de Milvische brug
De slag bij de Milvische brug
Laten we afronden met iets dat we wel weten. De munten duiden op een datering rond 320. De gebruiker van de helm diende dus in de nabijheid van keizer Constantijn, wiens macht was gebaseerd op het leger van West-Europa. Je kunt je voorstellen dat de soldaat die deze pronkhelm heeft gedragen, heeft deelgenomen aan campagnes tegen de Franken (tot 314), aan de veldtocht tegen Constantijns rivaal Maxentius die culmineerde in de slag bij de Milvische Brug (312-313) en aan de eerste burgeroorlog tegen Licinius (316-317).

Het zevende deel van Roman Imperial Coinage, waarin alle munten van Constantijn staan beschreven, vermeldt waar de keizer in de genoemde jaren zoal is geweest: Arles, Trier, Lyon, Rome, Milaan, Verona, Sisak, Sremska Mitrovica, Sofia, Plovdiv, Thessaloniki. In al die steden kan de drager van de helm, die deze steden eveneens moet hebben bezocht, zijn Syrische kleding hebben gekocht, maar gegeven zijn plek aan het keizerlijk hof valt ook niet uit te sluiten dat hij op zeker moment een speciale missie heeft uitgevoerd in een stad als Antiochië.

Kortom, hier zit een roman in. Die ga ik niet schrijven. Ik noem dit voorwerp echter ook terloops in Het visioen van Constantijn, het boek dat ik maakte met Vincent Hunink en dat in april in de boekhandel ligt.

Video over de vondst van de gouden Peelhelm

Jona Lendering is historicus, webmaster van Livius.org en docent bij Livius Onderwijs. Hij publiceerde verschillende boeken en verzorgt een nieuwsbrief over de Oudheid. Zie ook zijn blog: mainzerbeobachter.com

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 54.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×