Na bijna 215 jaar keert de schedel van de mosasaurus terug naar Maastricht. Het beroemde fossiel wordt de belangrijkste publiekstrekker in de expositie ‘Darwin, Cuvier et le Grand Animal de Maestricht’ in het Natuurhistorisch Museum Maastricht.
De mosasaurus, een uitgestorven sauriër, dankt haar naam aan de Maas. Tussen 1770 en 1774 werd een schedel van de mosasaurus gevonden in de ondergrondse kalksteengroeves in de Sint-Pietersberg bij Maastricht. In 1794 werd het fossiel, volgend op de belegering van Maastricht, door de Franse troepen meegenomen naar Parijs, waar de schedel tot op heden als ‘nationaal erfgoed’ te zien is in het Muséum National d’Histoire Naturelle.
Mosasauriërs waren grote zeereptielen die leefden aan het eind van de het dinosaurustijdperk, ongeveer 65 miljoen jaar geleden. Maastricht was toen bedekt door een ondiepe tropische zee. Resten van mosasauriërs werden als fossiel in de kalk op de bodem van deze zee bewaard. Het zeereptiel is vernoemd naar de rivier de Maas. Mosa is Latijns voor Maas.
De Franse onderzoeker Georges Cuvier (1769–1832) realiseerde zich dat het “Grand Animal de Maestricht” een uitgestorven dier was. Het idee dat soorten konden verdwijnen was begin 19e eeuw nog onbekend. Het fossiel speelde daarmee ruim vijftig jaar voor Charles Darwin een belangrijke rol in het denken over het ontstaan en verdwijnen van soorten, en over de vraag óf en hóe soorten door de tijd heen konden veranderen.
Het Franse Muséum National d’Histoire Naturelle heeft in 2008 röntgenfoto’s laten maken van het fossiel. Hieruit blijkt dat het kalksteenblok van het fossiel in goede conditie verkeert en veilig getransporteerd kan worden naar Maastricht. Het fossiel zal begin maart in Maastricht arriveren. De expositie Darwin, Cuvier et le Grand Animal de Maestricht gaat 8 maart 2009 van start.
- Boek: 20 eeuwen Maastricht
- DVD: Walking With Dinosaurs