Dagblad Trouw staat zaterdag stil bij de eigen geschiedenis. Op de cover zijn portretten te zien van 23 medewerkers die precies zeventig jaar geleden door de bezetter werden gefusilleerd omdat ze de illegale verzetskrant hadden verspreid.
Dagblad Trouw werd tijdens de Tweede Wereldoorlog door enkele antirevolutionairen opgericht als illegaal blad. Sommigen van hen hadden eerder deel uitgemaakt van Vrij Nederland, een andere illegale krant. Trouw werd een van de grootste ondergrondse bladen. Januari 1945 verscheen de krant in een oplage van maar liefst 350.000 exemplaren.
Het werken voor de illegale krant was zeker niet zonder gevaar. Ongeveer 130 medewerkers van Trouw kwamen tijdens de oorlog door toedoen van de Duitse bezetter om het leven.
De 23 medewerkers van de krant die zaterdag de voorpagina sieren kwamen op 9 en 10 augustus 1944 om het leven. In het achtergrondkatern van de krant wordt uitvoerig stilgestaan bij de executies van de oud-medewerkers. Volgens de krant werden Trouw-medewerkers in verhouding extra hard aangepakt omdat ze in de zomer van 1944, kort na de geallieerde landing in Normandië, het adres van SS’er Hanns Albin Rauter hadden gepubliceerd:
U moet weten dat het gezin van Rauter in een zwaar bewaakt huis, Ernst Casimirlaan 23 te Arnhem, woonachtig is.”
Na de bevrijding van Nederland werd de krant voortgezet als antirevolutionair dagblad. Hoofdredacteur Sieuwert Bruins Slot steunde tot 1963 het beleid van de Anti-Revolutionaire Partij (ARP). Hierna heroriënteerde Trouw zich en werd de krant meer open en maatschappelijk geëngageerd.