Bij opgravingen in Noord-Holland hebben studenten van de Universiteit van Leiden begin dit jaar vijftien bronzen sieraden van ongeveer 2800 jaar oud. De vondst werd donderdag gepresenteerd, als aftrap van de Archeologiedagen.
De ontdekking, de archeologen spreken van ‘Blingbling uit de Bronstijd’, is gedaan tijdens archeologisch onderzoek tijdens werkzaamheden aan de Westfrisiaweg (N23), een oost-westverbinding in Noord-Holland.
De vondst bestaat uit drie grote mantelspelden (‘fibulae’) die door hun vorm aan een bril doen denken (‘bril-fibulae’), armbanden en ringen. Verder zijn onder meer een grote schijfnaald (ook bedoeld om kleding mee vast te zetten), twee rechthoekige plaatjes met daarop lusvormige oogjes (mogelijk onderdelen van een groter sieraad) en een vuurstenen werktuig gevonden.
Unieke ontdekking
Volgens de archeologen gaat het voor Nederland om een unieke ontdekking. Dergelijke vondsten zijn wel bekend bekend uit Scandinavië, maar dit soort sieraden wordt in Nederland zelden gevonden. Als het gebeurt is dat meestal door een boer die tijdens het ploegen een voorwerp omhoog woelt.
De voorwerpen zijn bij elkaar gevonden, in een sloot die deel uitmaakt van een onderzochte nederzetting uit de Late Bronstijd (1100-800 v.Chr). Volgens de onderzoekers zijn de sieraden doelbewust en met grote zorg in de drassige oever van de sloot neergelegd. De onderzoekers sluiten uit dat de objecten op verschillende momenten werden achtergelaten.
“In de Bronstijd zijn in heel Europa vele duizenden voorwerpen met opzet achtergelaten in moerassen, rivieren en andere natte gebieden. Het gevonden depot bij de Westfrisiaweg sluit goed aan bij tradities uit Scandinavië en Noord-Nederland. De voorwerpen moeten belangrijk geweest zijn voor mensen, misschien niet eens zozeer omdat ze van brons waren, maar omdat ze van betekenis waren voor de eigenaar.”
De Bronsschat van de Westfrisiaweg is direct in zijn geheel geborgen, gedocumenteerd en vervolgens minutieus onderzocht en gerestaureerd.
Vermoedelijk zijn alle voorwerpen lichaams- en kledingversierselen. Dergelijke armbanden werden aan de arm, maar ook aan de enkels gedragen. De bril-filbulae en de schijfnaald zijn gebruikt om kleding mee vast te zetten. Waarschijnlijk zijn de bril-fibulae uit Scandinavië geïmporteerd. De armbanden zijn of lokaal gemaakt of komen uit het zuiden (Zuid-Nederland, of nog zuidelijker).
Waarom de sieraden precies zijn neergelegd is onderwerp van onderzoek. De gevonden voorwerpen zijn van tot en met 26 oktober te zien in Huis van Hilde, het archeologiecentrum van de provincie Noord-Holland in Castricum.
Lees ook: Eerste Nationale Archeologiedagen