Albertine Agnes, de vrouw die Friesland redde

6 minuten leestijd
Albertine Agnes, Prinses van Oranje, Vorstin van Nassau-Dietz (1634-1696)
Albertine Agnes, Prinses van Oranje, Vorstin van Nassau-Dietz (1634-1696)
Albertine Agnes (1634-1696) is een van de opmerkelijkste vrouwen uit de Nederlandse zeventiende eeuw. Als prinses van Oranje werd ze, na de dood van haar man, de eerste vrouw die in de Republiek optrad als regentes van Friesland, Groningen en Drenthe. Een vrouw die politiek ingrijpt, was ongekend in die tijd. Agnes wist op spectaculaire wijze met inzet van de waterlinie het Noorden te behoeden voor een inval van de oorlogszuchtige bisschop van Münster. Met het vandaag verschenen boek De vrouw die Friesland redde ontrukt Sunny Jansen de fascinerende levensgeschiedenis van deze onbekende prinses van Oranje aan de vergetelheid. Op Historiek publiceren we de proloog, waarin we lezen hoe Albertine Agnes daadkrachtig optreedt als Friesland aan de rand van de afgrond staat.

Tot de laatste druppel bloett, 1672

Haar grootvader Willem van Oranje gaf zijn leven in de onafhankelijkheidsstrijd tegen de Spaanse koning. Haar vader Frederik Hendrik vocht zijn leven lang voor de vrijheid van de Nederlanden, net als haar oom Maurits. Ook het leven van haar overleden echtgenoot Willem Frederik van Nassau-Dietz stond in het teken van strijden voor het vaderland, net als dat van zijn familie: zijn vader en oudere broer lieten het leven op het slagveld. Willem Frederik was niet alleen stadhouder van Friesland, Groningen en Drenthe, hij verrichtte ook militaire heldendaden in de strijd tegen Spanje. Haar zoon Hendrik Casimir II zou in de voetsporen van zijn illustere voorouders treden. Als het zover kwam tenminste. Na zoveel opoffering van de huizen Oranje-Nassau en Nassau-Dietz dreigde er voor Albertine Agnes en haar familie een groter gevaar dan ooit tevoren.

Het jaar 1672 staat in de Nederlandse geschiedenis bekend als het Rampjaar. De Franse zonnekoning Lodewijk XIV droomde van hegemonie over West-Europa. Hij zocht en vond bondgenoten om de Nederlanden aan zich te onderwerpen. De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden werd van alle kanten tegelijk aangevallen. Franse legers kwamen vanuit het zuiden, Engeland viel het noorden en westen van het land aan en de bisschoppen van Keulen en Münster rukten op vanuit het oosten. De oostelijke helft van de Republiek werd razendsnel onder de voet gelopen, de westelijke helft verviel tot anarchie. Het volk was redeloos, de regering radeloos en het land reddeloos.

Bommen Berend "voor" de stad Groningen door Wolfgang Heimbach
Bommen Berend (van Galen) “voor” de stad Groningen door Wolfgang Heimbach (1674)
Voor Friesland kwam het gevaar vooral vanuit het Duitse Rijk in de gedaante van een oude vijand. In ruil voor een deel van het Nederlandse grondgebied steunde de Münsterse bisschop Bernhard von Galen de Franse aanval op de Nederlanden. Von Galen had in 1665 al een flink deel van Oost-Nederland veroverd. Hij verloor de gebieden alweer snel, maar de Nederlanders waren de oorlogszuchtige bisschop nog niet vergeten. Toen hij in 1672 met een grote legermacht de grens overstak, brak er paniek uit onder de bevolking. De ene na de andere stad in Oost-Nederland gaf zich zonder slag of stoot over en de bisschop richtte zijn hebberige blik op het noorden. Friesland was niet langer veilig.

Daadkracht en kritiek

Albertine Agnes, prinses van Oranje en gravin van Nassau, keerde in juli 1672 in allerijl vanuit Dietz, een van haar Duitse bezittingen, terug naar het stadhouderlijk hof in Leeuwarden. Ze reisde met gevaar voor eigen leven over het grondgebied van de vijand, dwars tussen de strijdende partijen door. Friesland stond aan de rand van de afgrond; de vijand naderde de provinciegrens en de Friese regenten vochten elkaar het Landschapshuis uit. Vol zorg bekeek Albertine Agnes de besluiteloosheid van de Staten van Friesland. Nog langer aarzelen en afwachten en er zou geen vaderland meer zijn, geen erfenis voor haar neef en haar zoon. Iemand moest iets doen, iemand moest daadkrachtig optreden. Albertine Agnes liet haar eerste raadsheer en hofmeester Philip Ernst Vegelin van Claerbergen en haar secretaris Philip van Heiring roepen en begon te dicteren.

Het Stadhouderlijk Hof in Leeuwarden in 1688. Uit: De vrouw die Friesland redde
Het Stadhouderlijk Hof in Leeuwarden in 1688. Uit: De vrouw die Friesland redde

In een Memorie van weghen Haer Hoogheydt de Princesse Douairière van Nassauw, inghediendt ter vergaederinghe van d’Ed. Mog. H.H. Staaten van Frieslandt den 9/19 Joii 1 1672, maande de prinses de Friese Staten tot actie. Zij herinnerde de statenleden eraan dat haar voorouders…

‘…ghelijkck oock den Prince onse hertlieve gemael S.G. zijn altijdt gereet geweest haer bloet en leven ende alles te wagen en over te geven’ voor de Republiek in het algemeen en voor deze ‘loffelijcke Provintie in ’t bysonder’.

Zij stelde ferm dat wanneer…

‘…Godsdienst, de goederen, ende alles wat Godt aen dit Landt heerlijcx geschoncken heeft, soo nae by zyn om gansch verlooren te worden, soo verwonderen wij ons dat niet ijder een met alle wakerheit toeloopt tot bewaaringhe van die onwaerdeerlijcke panden.’

Albertine Agnes van Oranje-Nassau en haar drie kinderen geschilderd door: Abraham van den Tempel. (Publiek domein/wiki)
Albertine Agnes van Oranje-Nassau en haar drie kinderen geschilderd door: Abraham van den Tempel. (Publiek domein/wiki)

Albertine Agnes bekritiseerde de besluiteloosheid van de Staten van Friesland en sprak haar vertrouwen uit dat de statenleden niet zouden vervallen tot ‘verfoeijelijcken flauwherticheijt’, maar doortastend in actie kwamen samen met de provincies Holland, Zeeland en Groningen. Meer was er immers niet over van de trotse Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. In twee maanden tijd waren Overijssel, Gelderland en Utrecht, drie van de Zeven Provinciën dus, onder de voet gelopen en ingenomen door vijandelijke legers. Albertine Agnes verwees naar de Unie van Utrecht, ooit ontstaan als militair verbond in de strijd tegen het Spaanse Rijk en sprak haar verwachting uit dat ook de Friese Staten daaraan ‘vast ende onsversettelijck’ en ‘tot de laatste druppel bloett’ trouw bleven. De vier overgebleven gewesten moesten volgens haar de quoten, de bijdragen aan het gezamenlijke leger, herverdelen en ook Friesland moest een substantiële bijdrage leveren. Alleen samen konden de provinciën de vijandelijke overmacht weerstaan en Albertine Agnes hoopte dat de Friese Staten daarin ‘aller ijverigste mogten zijn’.

‘Zíj zou Friesland redden. En dat terwijl zij aanvankelijk niet eens in Friesland wilde wonen’

Ze vertrouwde echter toch niet helemaal op een voortvarend optreden van de Staten van Friesland en noemde in haar Memorie zes middelen die volgens haar ‘naast Godts segen (…) van eene onvermidelijcke nootsaeckelijckheijt sijn’ om de vijand buiten de grenzen te houden. In de eerste plaats riep ze op tot het onmiddellijk onder water zetten van de laag gelegen gebieden aan de grens; de waterlinie moest in werking worden gesteld. Ook eiste ze een strenge bestraffing van alle misdragingen door de eigen troepen en de inachtneming van een behoorlijke krijgsdiscipline. De Staten van Friesland moesten onmiddellijk zorgen voor een goede en snelle verschaffing van wapens en geld voor de milities. Haar vierde punt omvatte de volksbewapening: de derde man moest direct onder de wapenen worden gebracht en zij wilde dat er plaatsen werden aangewezen waar iedereen die wapens kon dragen zich verzamelde bij klokgelui of een ander alarmsignaal. Want het was duidelijk: iedereen moest meehelpen om Friesland te verdedigen.

Ook wilde Albertine Agnes dat de krijgsgevangenen werden vrijgekocht en weer als soldaten in dienst kwamen. Soldaten waren immers beter getraind dan burgers, die ook nog eens drie keer zoveel kostten. Ten slotte riep de prinses op om zonder enige vertraging versterkingen en verschansingen aan te leggen om de provincie te beschermen. Ook vond zij dat er met spoed verdedigingswerken moesten komen om de hoofdstad Leeuwarden te sterken. Zij noemde met name de Schouw, gelegen tussen Leeuwarden en Heerenveen, en de pas aan de Zwarten Weg, oostelijk van Leeuwarden, die door verschansingen en troepen beschermd moesten worden. De stad Leeuwarden zelf was eveneens niet veilig genoeg. Volgens Albertine Agnes werd de Friese hoofdstad het meest bedreigd vanuit de zuidoostelijke en oostelijke richting, dus daar moesten extra versterkingen worden aangelegd. De vijandelijke overmacht was enorm en het gevaar dat de provincie bedreigde groot, en daarom was ook Albertine Agnes zelf bereid alles te doen wat in haar mogelijkheden lag, zo liet zij weten:

‘bieden wy onse persoon, en al ’t gene wy elders op de onse vermoogen gewillig aen.’

Nu de Staten van Friesland op dit kritieke moment hun verantwoordelijkheid niet namen, voelde Albertine Agnes zich gedwongen zelf de leiding nemen. Zíj zou Friesland redden. En dat terwijl zij aanvankelijk niet eens in Friesland wilde wonen.

Een onwaarschijnlijk scenario

De vrouw die Friesland redde - Sunny Jansen
De vrouw die Friesland redde – Sunny Jansen
Dat een vrouw Friesland redde, lag niet erg voor de hand. In de zeventiende eeuw had een vrouw geen politieke macht of zelfs maar zeggenschap over haar eigen leven. Als minderjarige was zij afhankelijk van haar vader die als voogd over haar leven kon bepalen. Een adellijke vrouw zoals Albertine Agnes was een waardevolle pion in het huwelijksspel, maar bij de keuze van haar toekomstige huwelijkspartner had zij zelf doorgaans geen stem. Eenmaal getrouwd, was een vrouw voortaan onderhorig aan haar echtgenoot. Als een handelingsonbekwaam persoon telde een vrouw politiek al helemaal niet mee in een tijd dat het merendeel van de meerderjarige mannen niet eens stemgerechtigd was. En dat een vrouw militaire macht uitoefende, was zelfs volstrekt ondenkbaar. Het was een erg onwaarschijnlijk scenario dat een prinses van Oranje politiek en militair optrad om het gewest Friesland en de toekomst van de dynastie veilig te stellen. Desondanks deed Albertine Agnes alles wat in haar macht lag om Friesland van de ondergang te redden en bij te dragen aan het behoud van de Republiek der Nederlanden tijdens dit rampzalige jaar.

0
Reageren?x
×