Het nazisme als politieke religie
Hitler was zonder enige twijfel uiterst populair bij het Duitse volk. De vraag is in hoeverre de nazi’s hun positie te danken hadden aan de populariteit van Hitler of aan keiharde repressie. Na 1945 placht het Duitse volk deze onderdrukking te benadrukken omdat zij deze als ‘verzachtende’ omstandigheid voor hun medeplichtigheid wilden opvoeren.
Maar het is zeer de vraag of nazi-Duitsland werkelijk een keiharde politiestaat was. Vast staat dat het regime kans zag om grote delen van het publieke domein te veroveren. In plaats van een open politiek debat kwam de politieke religie van het nazisme. Met feesten en rituelen werd geprobeerd de rol van de religie in de samenleving over te nemen en het openbare leven te doordringen van de ideologie. Het vieren van de machtsovername, de verjaardag van Hitler, en de 1 meiviering, de herdenking van de putsch op 9 november en tal van andere feesten moesten de feestkalender van kerk en politiek vervangen en het nazisme als een nieuwe religie en de enig juiste ideologie positioneren. Politiek was gereduceerd tot een choreografie, waarin de bevolking in een fraai decor zijn aanhankelijkheid aan de leiding moest betonen.
De persoon van Hitler speelde een centrale rol in deze rituelen, daarmee bevestigde hij zijn positie als charismatisch leider. Het vieren van zijn verjaardag is een goed voorbeeld van de nazistische eredienst. Goebbels ontwikkelde hiervoor al in 1933 een ritueel dat in de jaren daarna verder werd geperfectioneerd. Op de avond van 19 april hield Goebbels een redevoering. De volgende dag – de verjaardag zelf – waren er in Berlijn parades en optochten. Speciale activiteiten voor de schooljeugd moesten de jongeren aan het regime binden. Op wonderbaarlijke wijze was het vrijwel altijd mooi weer op deze dag. Goebbels sprak van Führerwetter, dit was het nazi-equivalent van het Nederlandse Oranjezonnetje. Natuurlijk werden redevoeringen en festiviteiten zoveel mogelijk live op de radio uitgezonden. Ook buiten Berlijn vonden grootscheepse feesten plaats en luisterde men gemeenschappelijk naar de radio-uitzendingen.
Hitlers vijftigste verjaardag in 1939 was het hoogtepunt in deze reeks. Hij kreeg fraaie cadeaus, zo werd een deel van de nieuwe hoofdstad Germania opgeleverd. Goebbels noteerde in zijn verslag:
‘Autorit over de oost-westas. Een triomftocht. Bijna twee miljoen mensen langs de kant. Een geweldig gejuich. De straat is sprookjesachtig verlicht. Een stemming als nooit tevoren. De Führer straalt van vreugde. […] Parade voor de Führer. Duurt bijna vijf uur. Een schitterend voorbeeld van Duitse militaire macht en kracht. Onze zwaarste artillerie is hier voor het eerst te zien. Iedereen is totaal verbijsterd en verbluft. Stormachtig applaus. De Führer wordt door het volk gevierd, zoals nog nooit een mens ten deel is gevallen.’ [GTB, 20-4-1939 en 21-4-1939]
Ook de buitenlandse waarnemers waren onder de indruk van het Duitse materieel, nog geen halfjaar later zou het in de oorlog tegen Polen worden ingezet.
De verjaardag van de Führer was een evenement voor het hele volk, andere rituelen waren vooral gericht op de partijleden. Zo was er een jaarlijkse herdenking van de putsch van 1923 te München. Deze ging gepaard met parades, plechtige marsen en natuurlijk de onvermijdelijke fakkeltochten. De partij gebruikte deze gelegenheid ook voor de plechtige eedaflegging zoals die van de SS of HJ. De herdenking van 1935 was bijzonder omdat in dat jaar de neoclassicistische eretempels van Hitlers hofarchitect Paul Ludwig Troost werden ingewijd. In deze tempels werden de zestien partijmartelaren van de putsch herbegraven en voorzien van een permanente erewacht. Ondanks zijn vooroordelen over München was zelfs Goebbels onder de indruk:
‘Wij Noord-Duitsers staan helemaal achteraan. Vooraan staan de Münchenaren. Het lokaal-patriottisme woedt. Laat ze maar, ze hebben verder toch al niks! Eindelijk vertrek. Door dichte mensenhagen. […] Zestien doden worden in een triomftocht door een woud van vlaggen naar de Königsplatz gebracht. Aldaar een uiterst plechtig ritueel. Betrekken van de “Eeuwige Wacht”. Een groots en heroïsch moment. Opname van Hitlerjugend in de partij. Plechtige momenten voor ons allen.’ [GTB, 11-11-1935]
De eeuwige wacht zou tot het voorjaar van 1945 standhouden.
Hitlers populariteit
Volgens Thamer waren deze rituelen minder belangrijk dan de economische en politieke successen van Hitler. Maar het is de vraag of deze los van elkaar kunnen worden gezien. Juist deze rituelen, waarin de figuur Hitler en de wedergeboorte van het Duitse volk werden gevierd, droegen bij aan de populariteit van Hitler. Het waren feesten waarbij de successen van Hitler op rituele en plechtige wijze nog eens benadrukt werden, dat versterkte zijn positie als charismatisch leider.
Het is niet eenvoudig om – zonder betrouwbare opiniepeilingen – achteraf vast te stellen of de maatregelen enig effect hadden. Maar toch zijn er wel een aantal indicatoren waaruit blijkt dat het Duitse volk tevreden was met het naziregime. Het ontbreken van enig verzet van betekenis was niet zozeer het gevolg van het succesvolle optreden van de Gestapo, maar valt vooral te verklaren uit de vele successen van het regime. Een andere indicator van de goede stemming was de sterke toename van het aantal huwelijken. Thamer spreekt zelfs van een Heiratsboom. In de verslaggeving van de ondergedoken SPD in de Sopade-Berichte klinkt oprechte afgunst over het succes van KdF door. Op deze vakanties leek de Volksgemeinschaft heel even realiteit te worden.
Onder leiding van Götz Aly zijn jonge historici op zoek gegaan naar nieuwe bewijzen voor tevredenheid en onvrede. Een wel heel bijzondere indicator van tevredenheid is ‘De Adolf-grafiek’. Het aantal kinderen dat typische ‘nazinamen’ kreeg nam na 1933 sterk toe. Adolf, Hermann (Göring) en Horst (Wessel) konden zich in een grote populariteit verheugen. Hitler persoonlijk ontmoedigde het gebruik van Adolf, maar de andere namen bleven tot september 1939 zeer populair. Een andere indicator uit dit onderzoek is de bereidwilligheid om in te tekenen op het spaarplan voor een nieuwe Volkswagen. Ook dit gebeurde op grote schaal, maar stopte tamelijk abrupt vanaf september 1939.
De bevindingen van Aly en zijn onderzoekers zijn opmerkelijk. Anders dan vaak gedacht wordt was de oorlog geen enkel moment populair. Zelfs de spectaculaire overwinning op Frankrijk en de Lage Landen in 1940 kon de neerwaartse trend niet meer ombuigen. Het was dus niet de inval in de Sovjet-Unie in juni 1941 of de nederlaag bij Stalingrad in februari 1943 die de Duitsers aan het twijfelen bracht. Zij twijfelden al vanaf het moment dat de oorlog uitbrak. De Duitsers waren juist zeer tevreden in de tweede helft van de jaren dertig, daarom wilden ze per se geen oorlog.
Twijfel en loyaliteit
Hitlers streven om het Duitse volk te laten delen in de welvaart was gelukt, maar daarmee had hij niet automatisch de weerbaarheid van het volk verhoogd. In die zin was zijn project Volksgemeinschaft mislukt. Het Duitse volk twijfelde vanaf de eerste dag aan een Duitse overwinning in de oorlog, maar de loyaliteit aan de persoon Hitler bleef sterk. Dit was niet alleen het resultaat van repressie en propaganda. Veel Duitsers waren hem oprecht dankbaar voor de werkgelegenheid en welvaart die hij had gebracht. Bovendien ontbrak elk serieus alternatief. Naarmate de oorlog voortduurde, verstrikten de Duitsers zich in een web van medeplichtigheid aan grootschalige moordpartijen. Dat vormde vanaf 1939 een nieuwe en sterke motivatie om Hitler tot het einde toe trouw te blijven. Gezamenlijk doden schept immers een band.