Honger maakt rauwe bonen zoet – Herkomst

De uitdrukking ‘Honger maakte rauwe bonen zoet’ geeft aan dat mensen die echt honger hebben, niet meer zo kieskeurig zijn. Men geniet dan zelfs van eten dat men onder normale omstandigheden helemaal niet bijzonder vindt.

In figuurlijke zin bedoelt men met deze uitdrukking dat mensen niet meer zo kieskeurig zijn, als ze iets echt nodig hebben. De mens toont zich dan veerkrachtig; hij past zich aan.

De bekende taalkundige Frederik August Stoett (1863-1936) verwijst naar kluizenaars en monniken die tijdens het vasten vaak rauwe bonen zouden hebben gegeten. Hij verwijst verder naar twee afgeleide uitdrukkingen: ‘honger is de beste saus’ en ‘honger is de beste kok’.

Voor de herkomst van de uitdrukking wordt verder vaak verwezen naar het bijbelboek Spreuken:

Iemand die genoeg heeft, geeft niet om honing; als iemand honger heeft, is al het bittere zoet. Speuken 27:7 (Petrus Canisius-vertaling, 1955)

Bronnen ▼