Als je ‘in de aap gelogeerd bent’, zit je in een benarde positie. Je bent in de maling genomen, je hebt pech, je zit in eventjes in de penarie. De herkomst van het gezegde is niet zeker, maar de theorieĆ«n die de ronde doen, zijn vermakelijk.
Vermoedelijk is de zinspreuk afkomstig van Ć©Ć©n van de twee houten huizen die Amsterdam nog telt: het in 1544 gebouwde pand ’t Aepjen aan de Zeedijk 1. Dit gebouw was in de zeventiende eeuw een herberg en doet tegenwoordig dienst als cafĆ© In’t Aepjen. Na het Houten Huis aan de Begijnhof is dit het oudste pand van Amsterdam.
Apen met vlooien
Volgens de meest gangbare uitleg hield de eigenaar van het logement aan de Zeedijk 1 een partij apen. Die kreeg hij van uit IndiĆ« teruggekeerde matrozen van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), die regelmatig veel dronken en daardoor hun rekeningen niet konden betalen. In plaats van geld gaven ze de eigenaar daarom een aapje. Deze exotische dieren namen ook veel vlooien mee, waardoor het in de herberg ’t Aepjen Ć©Ć©n grote vlooienbelt was. De herbergier liet de apen namelijk in zijn pand rondlopen, als een soort attractie. De klanten krabden zich natuurlijk suf. Mensen die altijd jeuk hadden, kregen dan ook de vraag voorgeschoteld of ze misschien ‘in den aep gelogeerd’ waren.
VOC-ronselaars ‘in de aap gelogeerd’
Er is nog een andere, hieraan verwante verklaring voor de uitdrukking ‘in de aap gelogeerd zijn’. Herberg ’t Aepjen was een populaire ontmoetingsplaats voor het stadse uitschot en ongeremde loeders, die erom bekend stonden dat ze zich daar helemaal klem zopen. VOC-ronselaars maakten hier misbruik van door de matrozen in dronken toestand contracten te laten tekenen. Zo committeerden de dronkenlappen zich om twee jaar in dienst van de VOC naar de Oost te gaan. De herberg ’t Aepjen lag ook vlak bij de toen nog open verbinding met het IJ, vanwaar de VOC-schepen vertrokken. Als de zatlappen de volgende ochtend wakker werden, kwamen ze erachter dat ze flink beet genomen waren. Ze waren ‘in de aap gelogeerd’.
Een oude bewoner
Hoe mooi de bovengenoemde verklaringen ook klinken, het is maar de vraag of ‘in de aap gelogeerd zijn’ daadwerkelijk afkomstig is van de Amsterdamse herberg ’t Aepjen. De historisch-architectonische Vereniging Hendrick de Keyser meldt op haar website dat het pand ’t Aepjen vanaf de bouw in 1544 wel direct deze naam had, maar niet direct een schipperslogement was. De vroegst bekende bewoner was Jan Claesz ‘int Aepgen’, naar wie het pand wellicht vernoemd is. In de zeventiende eeuw was het pand vermoedelijk wel een herberg. In de achttiende eeuw veranderde de functie van het gebouw in een papierwinkel en in de eeuw erop, toen de huidige winkelpui werd aangebracht, zat er een kruidenierswinkel. Na een restauratie in 1987 kreeg de Zeedijk 1 een horecabestemming en doopte men het dwarshuis om tot cafĆ© In’t Aepjen.
Uithangborden
Een laatste mogelijke herkomst van ‘in de aap gelogeerd zijn’ is dat diverse herbergen en cafĆ©s gebruikmaakten van uithangborden waarop een aap afgebeeld was. Wellicht heeft er zo’n soort cafĆ© bestaan met een slechte reputatie. Had je in zo’n logement overnacht, dan was je dus ‘in de aap gelogeerd’.
In Beekbergen, bijvoorbeeld, zou volgens verhalen ook een cafĆ© De Aep hebben bestaan. Naar verluidt zaten hier verdachten van misdrijven vast. Als je daar zat, was je klaarblijkelijk ‘in de aap gelogeerd’.
In de penarie zitten – Herkomst en betekenis
Overzicht van boeken over de (Nederlandse) taalgeschiedenis
Bronnen ā¼
– https://onzetaal.nl/taaladvies/advies/in-de-aap-gelogeerd-zijn
-Deze website verwijst voor documentatie naar het boek R. Meischke e.a., Huizen in Nederland: architectonische verkenningen aan de hand van het bezit van de Vereniging Hendrick de Keyser Deel II: Amsterdam (Zwolle/Amsterdam: Waanders etc., 1995) 160-164.