De bekende Romeinse geschiedschrijver en letterkundige Plinius de Oudere (ca. 23/24 – 79 na Chr.) liet zich in zijn Naturalis Historia over weinig personen zo lovend uit als over generaal Marcus Sergius Silus. Volgens de auteur was hij de moedigste man die ooit had geleefd.
Over het leven van de generaal is niet veel bekend en dat wat we weten ontlenen we hoofdzakelijk aan het genoemde werk van Plinius. Bijzonder is dat hij volgens de geschiedschrijver een ijzeren handprothese had. Dit ter vervanging van een hand die hij ooit in de strijd verloor. Dankzij deze vroege prothese kon Sergius tijdens de strijd een schild vast blijven houden. Het zou hier gaan om het vroegst gedocumenteerde gebruik van een prothetische hand.
Waarom was Sergius volgens Plinius zo bijzonder? Bewonderend vatte de auteur dit zelf als volgt samen:
“Waarlijk, alle andere overwinnaars hebben mannen verslagen, maar Sergius heeft ook over het lot gezegevierd.”
Sergius zou tijdens zijn veldtochten namelijk maar liefst drieëntwintig keer gewond zijn geraakt, maar bleef desondanks steeds terugkeren naar het slagveld. Ook raakte hij dus zijn rechterhand kwijt waarna hij nog zeker vier keer deelnam aan een gevecht. Verder werd Sergius volgens Plinius twee keer gevangen genomen door de beruchte Carthaagse generaal Hannibal Barkas. Beide keren slaagde Sergius er echter in te ontsnappen. Hoe vermeldt Plinius niet.
Door al deze zaken kon er qua moed volgens Plinius dus niemand boven Marcus Sergius worden gesteld. Minder positief was de geschiedschrijver overigens over Sergius’ achterkleinzoon Lucius Sergius Catilina, vanwege diens vermeende samenzwering tegen de Romeinse Republiek. Catilina had de naam van zijn voorvader wat de auteur betreft te schande gemaakt.