Maria Sibylla Merian (1647-1717) was een Duitse natuuronderzoeker en kunstenares uit de zeventiende en vroege achttiende eeuw, bekend om haar gedetailleerde illustraties van insecten en planten, en haar baanbrekend onderzoek naar de levenscyclus van vlinders.
Maria Sibylla Merian werd op 2 april 1647 geboren in Frankfurt en groeide op in een kunstenaarsmilieu. Haar vader, Matthäus der Ältere, was graveur en had een uitgeversbedrijf. De biologische vader van Maria overleed echter al toen zij drie jaar was. Maria´s moeder trouwde enige tijd later met de Nederlandse bloemenschilder en kunsthandelaar (1614-1681). Van deze stiefvader leerde Maria Sibylla de beginselen van de teken- en schilderkunst.
De Duitse was met name geïnteresseerd in het tekenen en schilderen van bloemen en insecten. Tijdens haar werk bestudeerde ze deze dieren als een wetenschapster. Veel van de vlinders in haar boeken zijn dan ook nog steeds te determineren.

De kunstenares en biologe trouwde met schilder-architect Andreas Graff. Dit huwelijk was echter niet erg gelukkig. In 1685 brak ze met haar echtgenoot en trok ze naar de labadistengemeenschap Waltha State in het Friese Wieuwerd. Haar halfbroer Caspar Merian (1627-1686) had zich ongeveer acht jaar eerder al bij deze religieuze commune aangesloten. Gedurende haar verblijf op Waltha State kon Merian haar werk slechts beperkt voortzetten. Ze werkte in deze periode wel aan wat haar ‘kruidenserie’ zou gaan heten.
Metamorfose van tropische insecten
Vandaag de dag is Maria Sibylla Merian nog altijd erg beroemd. In Duitsland was haar beeltenis ooit te vinden op het bankbiljet van 500 Mark en vanwege haar band met Nederland is de onderzoekster en kunstenares ook opgenomen in het enkele jaren geleden verschenen standaardwerk t 1001 Vrouwen, over vrouwen die een belangrijke rol speelden in de Nederlandse geschiedenis.
