Een kleine meerderheid van de Nederlanders (55 procent) vindt het niet nodig dat excuses aangeboden wordt voor de rol die ons land speelde in de slavernij. Dat blijkt uit onderzoek dat dagblad Trouw heeft laten uitvoeren door I&O Research. Ondervraagden met een Surinaamse of Antilliaanse achtergrond blijken juist in ruime meerderheid (70 procent) voorstander te zijn van nationale excuses. Van de mensen zonder migratieachtergrond vindt 62 procent excuses niet nodig.
Ook onderzocht is hoe de stemmers van verschillende politieke partijen denken over excuses. Alleen kiezers van GroenLinks (70 procent) en D66 (53 procent) zijn in meerderheid voor het aanbieden van excuses. Minste animo voor landelijke excuses is te vinden onder de stemmers van de PVV (8 procent) en SGP (12 procent).
Steden
In Rotterdam en Amsterdam wordt momenteel gediscussieerd over de vraag of er namens het stadsbestuur officieel excuses moet worden aangeboden voor de rol die de steden bij de slavernij hebben gespeeld. Amsterdam gaf in 2019 opdracht voor een groot onderzoek naar de eigen rol in de slavernijgeschiedenis. Mocht het stadsbestuur excuses aanbieden dan gebeurt dat waarschijnlijk tijdens de jaarlijkse slavernijherdenking op 1 juli, Ketikoti. Rotterdam liet vorige maand nog weten excuses te overwegen.
Reactie kabinet
Demissionair premier Mark Rutte reageerde vrijdag op het onderzoek. Hij liet weten dat het kabinet momenteel geen excuses aanbiedt. Mede omdat dergelijke excuses “de tegenstellingen in Nederland” juist zouden kunnen aanjagen. Rutte benadrukte wel slavernij volledig te verwerpen en gaf ook aan respect te hebben voor steden die overwegen om als stadsbestuur excuses te maken.
Vorig jaar zomer kwam er vanuit de Tweede Kamer nog een verzoek om excuses, namens de coalitiepartijen D66 en ChristenUnie en van GroenLinks. Dat werd toen afgewezen door het kabinet. Wel riep minister van Binnenlandse Zaken Kajsa Ollongren (D66) een adviescollege in het leven die momenteel onderzoek doet naar het slavernijverleden en de doorwerking daarvan in de hedendaagse samenleving. In 2023, als het precies honderdvijftig jaar geleden is dat voormalige slaafgemaakten vrij werden, wordt er verder een herdenkingsjaar gehouden.
Spijt
In 2013 betuigde toenmalig minister Lodewijk Asscher namens het kabinet al wel “diepe spijt” en “berouw” over het Nederlandse slavernijverleden. Hij zei toen onder meer:
“Ik sta hier vandaag namens de Nederlandse regering en kijk terug op deze schandvlek in onze geschiedenis. Ik kijk terug en betuig diepe spijt en berouw over hoe Nederland is omgegaan met de menselijke waardigheid.”
Ook interessant: Slachtoffers, daders, motieven, verzet en afschaffers
…of: Waar haalden Nederlanders hun slaven vandaan?
Overzicht van Boeken over slavernij en het slavernijverleden