Bij uitgeverij Verbum verschijnt in mei een boek over een Joodse familie die tijdens de oorlog een onderduikadres vond in Kortenhoef. Het werd een traumatisch verblijf.
Als zoveel Joden probeerde de Joodse familie Benninga in de oorlog een onderduikadres te vinden om zo aan deportatie te ontkomen. De familie was welgesteld en kwam in contact met het echtpaar Ab en Jans de Kloet uit Kortenhoef. Een vrij arm echtpaar dat dacht met de tijdelijke onderduikers op een makkelijke manier wat bij te kunnen verdienen.
De oorlog duurde echter langer dan Ab en Jans de Kloet verwacht hadden. In plaats van een paar maanden, bleef de familie Benninga ongeveer twee jaar. Daarmee waren alle ingrediënten voor een traumatisch verblijf in de veel te kleine woning in Kortenhoef aanwezig. Met name Jans de Kloet kon slecht tegen de situatie en sloeg, bedreigde en terroriseerde het onderduikgezin.
Uiteindelijk greep een dominee begin 1945 in. Deze dominee Boes nam moeder en dochter Benninga in huis en later ook de rest van de familie. Ab en Jans de Kloet werden enige tijd later opgepakt en belandden voor een korte periode in de gevangenis.
Vader Benno Benninga hield vanaf het begin van de onderduik een dagboek bij. Samen met William Halstead schreef hij een boek over de onderduikperiode. Het boek getiteld Ondergedoken, met de angst van verraad is onder meer gebaseerd op de dagboekaantekeningen. Na de oorlog emigreerde de familie Benninga naar de Verenigde Staten.