De Franse schrijver en acteur Jean-Baptiste Poquelin (1622-1673) is de annalen van de kunstgeschiedenis ingegaan onder zijn artiestennaam Molière. Hij heeft vooral naam gemaakt met zijn satirische komedies. In de zeventiende eeuw werd hij bekend vanwege zijn meest beroemde werken: Tartuffe ou l’Imposteur (Tartuffe, of de Huichelaar), L’Avare (De vrek), L’École des femmes (De meisjesschool) en Le misanthrope (De mensenhater). Wie was deze Molière? Een korte biografie van het leven van een beroemde toneelschrijver, die in zijn werken met name de aristocratie en de clerus op de hak nam.
Jeugd en jonge jaren van Jean-Baptiste Poquelin
Jean-Baptiste Poquelin werd geboren in Parijs op 15 januari 1622. Hij was de zoon van een textiel en meubelspecialist, die als behanger-stoffeerder een flink fortuin had vergaard, mede omdat hij voor de koning werkte. De moeder van Jean-Baptiste overleed jong, toen hij nog maar tien jaar was.
Poquelin doorliep de jezuïetenschool in Parijs, waarna hij een studie Rechten volgde aan het Collège de Clermont, tegenwoordig bekend als het Lyceum Louis-le-Grand, waar later ook Franse grootheden als de filosoof Voltaire, schrijver Markies de Sade, politicus Maximilien de Robespierre, de industrieel André Citroën en socioloog Pierre Bourdieu hun opleiding zouden volgen.
Molières carrière als toneelartiest en schrijver
Tot teleurstelling van zijn vader, die graag had gezien dat diens zoon in zijn voetsporen trad, besloot Poquelin een andere route te kiezen. In 1643 richtte hij samen met enkele anderen het toneelgezelschap l’Illustre Théâtre op. Vermoedelijk op hetzelfde moment nam hij de artiestennaam Molière aan. Historici hebben de naam Molière voor het eerst aangetroffen in een document gedateerd 28 juni 1644.
De beginjaren van Molières loopbaan als toneelschrijver en acteur verliepen allesbehalve succesvol. Het toneelgezelschap kwam zelfs in de schulden terecht en om die reden belandde Molière tweemaal een tijd in de gevangenis. De toneelclub l’Illustre Théâtre reisde in de jaren 1643 tot 1656 door Frankrijk en voerde toneelstukken op. De precieze tocht is onbekend, maar uit bronnen blijkt dat het gezelschap sowieso steden als Lyon, Nantes, Montpellier, Toulouse en Béziers heeft aangedaan. Vanaf ongeveer 1655 begon het theatergezelschap enigszins bekend te worden, vooral door twee opgevoerde toneelstukken: L’Étourdi, ou Les contretemps (De verbijsteraar, of De tegenslagen), uitgevoerd in Lyon in 1655, en Le Dépit amoureux (De amoureuze ergernis).
De grote doorbraak van Molières theathergroep vond plaats in 1658. Op 24 oktober 1658 verzorgde het l’Illustre Théâtre een optreden in het Louvre voor de Franse vorst Lodewijk XIV en diens hofhouding. Dit optreden was een daverend succes. De toneelgroep kreeg een koninklijk predicaat en Lodewijk XIV stelde een vaste toneelzaal voor de groep beschikbaar. Molières toneelgroep werd nog geliefder bij de Zonnekoning toen de groep in 1659 een reeks van circa 30 kluchten en komedies opstartte, getiteld ‘Les précieuses ridicules’. Op 20 februari 1662 huwde Molière de toneelspeelster Armande Béjart, de dochter van een van Molières collega’s.
In de jaren 1660 verbood de machtige Rooms-Katholieke Kerk in Frankrijk meermalen opvoeringen van enkele toneelstukken, omdat ze als immorreel (L’École des femmes) of antireligieus (Tartuffe, ou l’Imposteur) geïnterpreteerd werden.
Tegen het einde van zijn leven verzorgde Molière een publicatie van zijn complete werken. Dit werk verscheen echter pas tien jaar na zijn dood. Tijdens een opvoering van een toneelstuk op 17 februari 1673 zakte Molière in elkaar en overleed, na te zijn geolied door twee nonnen en niet door een priester (de kerk weigerde dit), korte tijd later. Ironisch genoeg was het laatste optreden waarin Molière speelde een stuk waarin de spot werd gedreven met ziek zijn: Le malade imaginaire.
Graf
De Kerk verleende geen toestemming om de beroemde toneelspeler te begraven op de heilige grond van een officiële begraafplaats. Na een verzoek van Molières weduwe, stond koning Lodewijk XIV uiteindelijk toe dat de toneelspeler in de nachtelijke uren toch begraven kon worden op een kerkhof. Hij belandde op een deel van het kerkhof dat was gereserveerd voor ongedoopte kinderen. In de negentiende eeuw werden de resten van Molière overgebracht naar de beroemde Parijse begraafplaats Père Lachaise.
Lees ook: Biografie van de Engelse toneelschrijver William Shakespeare (1564-1616)
Meer biografieën van kunstenaars
Boek: De Amsterdamse schouwburg als politiek strijdtoneel – Amber Oomen-Delhaye
Citaten en quotes van Moliere
“Mensen van niveau weten alles zonder ooit iets geleerd te hebben.”
“In het huwelijk, evenals elders, gaat tevredenheid boven rijkdom.”
“Ik wil me met de belachelijke trekjes van de mensheid bezighouden en de tekortkomingen van de wereld theatraal aangenaam verbeelden.”
“Wie zonder tabak leeft is niet waard dat hij leeft.”
“Drink, beste vrienden, laten we drinken: de voortschrijdende tijd nodigt ons uit. Laten we genieten van het leven zo veel als we kunnen.”
“Schrijven is net als prostitutie. Eerst schrijven we uit liefde ervoor, dan voor sommige vrienden, en uiteindelijk voor het geld.”
“Men wordt gemakkelijk bedrogen door wat men liefheeft.”
“Hoe meer geredeneer, hoe minder rede.”
“Een dwaas die geen woord zegt, onderscheidt zich in niets van een wetenschapper die zwijgt.”
“Men kan altijd nog beter getrouwd zijn dan dood.”
Bronnen ▼
Boeken
-Virginia Scoot, Molière: A Theatrical Life (Cambridge, GB: Cambridge University Press, 2000).
Internet
-https://www.britannica.com/biography/Moliere-French-dramatist
-https://www.notablebiographies.com/Ma-Mo/Moli-re.html
-https://www.discoverfrance.net/France/Theatre/Moliere/moliere.shtml
-https://citaten.net/zoeken/citaten_van-moli%C3%A8re.html
-https://theaterencyclopedie.nl/wiki/Moli%C3%A8re
-https://fr.wikipedia.org/wiki/Moli%C3%A8re