Dark
Light

Oorlog op De Wiersse

Een landgoed in Vorden in oorlogstijd
5 minuten leestijd
Opgeblazen bouwhuis op De Wiersse - Foto: Omkijkpunt.nl.
Opgeblazen bouwhuis op De Wiersse - Foto: Omkijkpunt.nl.

Landgoed De Wiersse in Vorden werd tijdens de Tweede Wereldoorlog gebruikt door eenheden van de Duitse bezetter. Dat gebeurde in Oost-Nederland met veel buitenplaatsen. De Wiersse wisselde echter frequent van gebruiker, waardoor het landgoed een eigen, interessante geschiedenis kent.

Gerrit Jan Kok -  Foto: Omkijkpunt.nl.
Gerrit Jan Kok – Foto: Omkijkpunt.nl.
De Engelse eigenaar van De Wiersse verbleef gedurende de oorlog in het vrije Engeland, terwijl het personeel de verschillende bezetters van het landgoed dienden. En dat leidde bij beheerder Gerrit Jan Kok tot het vastleggen van de gebeurtenissen en zijn gedachten in een dagboek. Naast de fysieke oorlog vond er, getuige het dagboek van de beheerder, ook een psychologische oorlog plaats. Dat maakt het boek ‘Oorlog op De Wiersse’ van bijzondere waarde.

De eigenaren Alice Gatacre-De Stuers en William Edward Gatacre vertrokken na de inval van Duitsland in Polen in september 1939 naar Engeland. Engeland verklaarde Duitsland de oorlog en omdat William Edward Gatacre oud-legerofficier was, wilde hij graag terugkeren naar zijn oude regiment om mee te vechten. Boer en pachter Gerrit Jan Kok, die al geruime tijd de meest praktische zaken van het landgoed beheerde, kreeg zodoende formeel de leiding over De Wiersse.

Voor Kok begon de oorlog slecht. De oudste van zijn vier geadopteerde zonen sneuvelde bij de gevechten op de Grebbeberg in mei 1940. Dat voedde de anti-Duitse houding van Kok, zoals in het dagboek valt te lezen. Hij schreef ook vaak D. in plaats van Duitsers, alsof hij de bezetter niet wilde benoemen. Kok was geen schrijver, maar legde toch zaken op schrift vast. Zaken waar hij als beheerder feitelijk wel voor verantwoordelijk was, maar geen invloed op had doordat de Duitse overheid en legereenheden zich op De Wiersse gedroegen als eigenaar. Aan de hand van zijn dagboek en een naoorlogse briefwisseling tussen Kok en eigenares Alice Gatacre-De Stuers kunnen de gebeurtenissen op het landgoed in de laatste jaren van de oorlog worden gereconstrueerd.

Dagboek

Gerrit Jan Koks dagboek begint in juli 1943 met een bezoek van Seyss-Inquart aan De Wiersse. De hoogste vertegenwoordiger van Adolf Hitler in Nederland inspecteerde het huis met als doel het pand als buitenverblijf te gaan gebruiken. Het was de eerste en enige keer dat hij een bezoek bracht, maar het huis werd vervolgens gevorderd door Emil Schneider, de hoogst geplaatste ambtenaar van de provincie Gelderland. Kok werd verzocht om twee personeelsleden aan te stellen: Reintje Vruggink voor de huishouding en Gertrude Cremers voor in de keuken.

Tot aan september 1944 bezocht Schneider regelmatig De Wiersse om er te jagen of om de wijn te nuttigen die in grote hoeveelheid lag opgeslagen in de twee kelders van het buitenpand. Dat deed hij vaak in gezelschappen die bestonden uit collega-ambtenaren en Duitsgezinde adel. Ook vond er eens een diner plaats met alle NSB-burgemeesters uit de omtrek. Het jagen gebeurde samen met jachtopziener Gerrit van Veldhuizen van De Wiersse.

SS-divisie

Kok had in deze periode nog redelijk grip op de personeelsleden die aan hem verantwoording moesten afleggen, al deden zich regelmatig voorvallen voor waar Kok zich aan stoorde. Gertrude bijvoorbeeld bediende de Duitsers volgens Kok op dezelfde wijze als de familie Gatacre. En jachtopziener Van Veldhuizen vroeg voor het Duitse jachtgezelschap wel eens de sleutels van de wijnkelder en gaf die dan veel later terug dan was afgesproken. Maar dat viel allemaal in het niet in vergelijking met de komst van Duitse oorlogstroepen op De Wiersse.

Op 7 september 1944 kwam de staf van de 10e SS Pantserdivisie Frundsberg De Wiersse vorderen. Diverse pogingen van de Duitse ambtenaren om ‘hun’ landgoed terug te krijgen faalden. De twee personeelsleden op het huis bleven hun werk doen voor deze nieuwe bezetters, maar de grip van Kok op de huishouding verdween tot zijn grote frustratie. De Duitsers waren simpelweg de baas en het personeel deed wat hen werd opgedragen.

Letse krant die achter is gebleven - Foto: Omkijkpunt.nl
Letse krant die achter is gebleven – Foto: Omkijkpunt.nl

Er werden vrouwen van ‘verdachte zeden’ aangerukt om de Duitse soldaten te plezieren, de kelders met wijn werden geplunderd en in het huis ontstond grote ravage doordat de riolering verstopt raakte en voor overstromingen zorgde. Het leidde er toe dat Kok weg bleef van het huis en ook het personeel niet langer durfde aan te spreken. In zijn dagboek schrijft hij dat hij bang is om verraden te worden door het personeel, omdat hij zilver, linnen en wijn uit het huis heeft laten halen om in ieder geval een deel van de inventaris veilig te stellen voor de familie Gatacre.

De SS-divisie onder leiding van Otto Paetsch vocht mee in de Slag om Arnhem en wist de geallieerde opmars te stuitten. Op enkele soldaten na, vertrok het grootste deel van de eenheid in oktober van het landgoed. Uiteindelijk was het vlak na de jaarwisseling dat het huis weer beschikbaar kwam voor de Duitse ambtenaren. In maart 1945 keerde de gevechtsdreiging terug in Oost-Nederland en werd het huis opnieuw gevorderd door eenheden van het Duitse leger. Nu was het een opleidingseenheid voor parachutisten: veelal zeer jonge soldaten die in een paar weken tijd werden klaargestoomd voor de oorlog. Kok had in de tussenliggende periode het huis beschikbaar gesteld aan het Bureau Afvoer Burgerbevolking die onderdak regelde voor de vele vluchtelingen. Daarmee hoopte Kok een nieuwe vordering door de Duitsers te voorkomen. In plaats daarvan stelde de Duitse bezetter Kok juist voor extra problemen. Hij moest nu binnen een dag elders onderdak regelen voor de vluchtelingen.

Bevrijding

De Duitsers vertrokken op 30 maart halsoverkop met gevorderde paarden en wagens. Daarbij werd ook één van de twee bouwhuizen opgeblazen en sneuvelde een Duitse officier die door Letse soldaten werd doodgeschoten. Die Letse soldaten waren, getuige het achterblijven van brieven en kranten, ook gelegerd op De Wiersse en wilden blijkbaar niet langer vechten voor de Duitsers.

Engelse legereenheden bevrijdden De Wiersse en bleven enkele dagen als gasten op het huis. Daarna verbleven er Canadese militairen totdat die ook weer vertrokken en de familie Gatacre in augustus terugkeerde uit Engeland.

Oorlog op De Wiersse - Robert Ellenkamp
Oorlog op De Wiersse – Robert Ellenkamp
Op aandrang van Kok kwam er snel een gesprek met William Edward Gatacre over de houding van het personeel richting de Duitse bezetter. Gatacre ging niet mee in het standpunt van Kok, maar oordeelde dat het in het belang van de familie was geweest om zo te handelen. Daardoor was het huis redelijk ongeschonden door de oorlog gekomen.

Hulpactie

Voordat de Gatacre’s familie terugkeerde, organiseerde de familie een grote hulpactie vanuit Shrewsbury voor de inwoners van Zutphen die door de intensieve gevechten alles kwijt waren geraakt. Daaruit is later de stedenband ontstaan die tot in de jaren negentig van de vorige eeuw duurde.

~ Robert Ellenkamp
Het hele verhaal over De Wiersse inclusief de letterlijke weergave van het dagboek is te lezen in het boek ‘Oorlog op De Wiersse’. Het boek is verkrijgbaar via www.omkijkpunt.nl.

×