Karakteristiek voor de Nederlanden was de grote ontvankelijkheid door de eeuwen heen voor buitenlandse culturele invloeden, wat verband hield met de geografische ligging en de internationale oriëntering van de economie.
In 1921, na jaren van oorlog en revolutie stond de zojuist opgerichte Sovjet-Unie op instorten. In zeer grote delen van het gigantische land stond er een ramp te gebeuren: de honger was extreem en er waren al vormen van kannibalisme ontstaan uit pure wanhoop.