Het Amerikaanse agentschap voor het opsporen van vermiste personeelsleden, DPAA, zoekt twee weken lang voor de Zeeuwse kust bij Domburg naar de stoffelijke resten van twee Amerikaanse militairen. Deze militairen zaten aan boord van een Amerikaanse bommenwerper die op 5 november 1943 voor de kust in zee stortte.
De locatie van het vliegtuigwrak is sinds 2009 bekend bij de Koninklijke Marine. Destijds werd ter plekke ook onderzoek gedaan en kon aan de hand van een serienummer van een boordwapen vastgesteld worden dat het inderdaad om het wrak van B24H Liberator gaat die in 1943 bij Domburg neerstortte.
Om te voorkomen dat mensen het wrak zouden gaan bekijken, stelden de gemeenten Vlissingen en Veere en het Nederlandse ministerie van Infrastructuur en Waterstaat een duikverbod in. Het wrak zelf werd jaren geleden afgedekt met een laag zand om te voorkomen dat de mogelijk aanwezige stoffelijke resten verstoord raakten of verloren gingen.
De zoektocht duurt in principe tot 3 mei. Als er stoffelijke resten worden gevonden, wordt dat normaal gesproken niet direct bekendgemaakt. Eerst zullen deze resten dan nader onderzocht worden en bij identificatie worden de uitkomsten gedeeld met nabestaanden.
DPAA maakt onderdeel uit van het Amerikaanse Ministerie van Defensie en zet zich in voor het terughalen van krijgsgevangenen (prisoners of war, POW) en vermiste personen (missing in action, MIA).
