In de jaren na de Tweede Wereldoorlog was roken populair. Reclameslogans als ‘Chief Whip. De beste sigaret voor uw gezondheid’ kwamen veel voor.
Pas rond de jaren zeventig kwam er steeds meer aandacht voor de slechte effecten van het roken. De nazi’s wisten daar in de jaren dertig en veertig al alles van. Nazi-leider Adolf Hitler was een groot tegenstander van sigaretten.
In zijn streven naar ‘Übermenschen’, gezonde Duitsers met blauwe ogen en blond haar, was de ongezonde sigaret een vijand. Ook zijn politieke vrienden Mussolini en Franco rookten niet. En Anton Mussert, de leider van de Nederlandse NSB, was net als Hitler geheelonthouder.
De nazi’s besteedden veel geld aan onderzoek naar de gevolgen van roken. Zo was al in de jaren dertig bekend dat je van roken kanker kon krijgen en dat het slecht was voor je hart. Ze startten een intensieve anti-rookcampagne: een speciaal tijdschrift waarschuwde tegen roken, in openbare gelegenheden mocht geen sigaret of sigaar meer worden opgestoken en posters verbeeldden de gevaren. Zo schiet in een prent uit 1941 een duivel sigaretten in een hart. De begeleidende tekst benadrukt:
‘Iedere sigaret is een schot in je hart’.
De nazi’s misbruikten hun kennis ook voor hun politieke doeleinden: joden, zigeuners en kapitalisten werden vaak rokend afgebeeld, terwijl gezonde Duitsers altijd sportend en marcherend op posters stonden. Nadat Duitsland de oorlog had verloren, waren de nazi-onderzoeken niet bepaald populair. In de voetsporen van de Amerikaanse bevrijders veroverde de sigaret weer Europa.
Lees ook: Rodrigo de Jerez, de eerste roker van Europa
…en: Paus voerde in 1590 eerste rookverbod in