Het Van Gogh Museum heeft afgelopen week een nieuwe wetenschappelijke catalogus over de omvangrijke kunstverzameling van Theo en Vincent van Gogh gepubliceerd. De catalogus is gratis toegankelijk via een nieuwe, digitale omgeving.
Het Van Gogh Museum beheert naast de artistieke nalatenschap van Vincent van Gogh ook schilderijen, tekeningen en prenten van andere negentiende-eeuwse kunstenaars die tussen 1880 en 1890 door Theo en Vincent van Gogh zijn verzameld. Hoogtepunten uit die collectie, zoals Paul Gauguins Zelfportret met portret van Emile Bernard (Les misérables) (1888) en Henri de Toulouse-Lautrecs Een jonge vrouw aan tafel, ‘Poudre de riz’ (1887) zijn dagelijks in het museum te zien. In de online catalogus wordt deze deelcollectie voor het eerst wetenschappelijk ontsloten.
Artistieke context
Van de in totaal ruim 250 werken die Theo en Vincent verzamelden is een selectie gemaakt van 136 werken die uitvoerig worden beschreven. De selectie is gemaakt op basis van het belang van de werken voor zowel de kunstgeschiedenis als voor de broers Van Gogh zelf. Het onderzoek dat ten grondslag ligt aan deze catalogus laat volgens het museum zien hoe de smaak van Vincent en Theo zich ontwikkelde, hoe zij hun gezamenlijke netwerk opbouwden in de kunstwereld van Parijs en hoe zij strategisch nadachten over hun reeds verworven stukken.
“Binnen het museum zijn de werken van tijdgenoten die de broers bijeen hebben gebracht van vitaal belang, omdat ze het werk van Vincent van Gogh de artistieke context bieden waarin het ontstond.”
De catalogus is gepubliceerd in de nieuwe digitale omgeving Van Gogh Museum Collection Catalogues. Een onlangs verschenen catalogus van schilderijen en tekeningen van Odilon Redon, een goede vriend van de broers Van Gogh, wordt later ook aan deze website toegevoegd, net als alle bestandscatalogi van schilderijen en tekeningen van Van Gogh, die tot nu alleen in boekvorm zijn verschenen. 
