Wie in de oudheid de buren wilde imponeren schafte een leuk mozaïekvloertje aan. Variërend van een eenvoudig en betaalbaar standaardpakket tot unieke werken van gerenommeerde kunstenaars. Veel van de beste overgebleven mozaïekvloeren zijn vandaag te vinden in een aantal musea in Zuidoost-Turkije.
Zeugma betekent in het Grieks ‘verbinding’ of ‘brug’ en verwijst ook naar een niet-kloppende samentrekking van woorden. Maar het is ook de naam van een historische tweelingstad die zich op beide oevers van de rivier de Eufraat bevond. Gesticht door Seleucus I Nicator, een van Alexander de Grote’s generaals, in ca. 300 voor Christus, ontwikkelde de tweelingstad zich tot de belangrijkste oeververbinding tussen West en Oost. De generaal noemde in eerste instantie de ene stad Seleucia en de andere Apamea, naar zijn Perzische echtgenote. Beide helften verbond hij met elkaar door een pontonbrug.
Mozaïekvloeren
Vanaf 72 werd Seleucia-Apamea een belangrijke grens- en garnizoensstad van het Romeinse rijk, dat er twee legioenen legerde. De Romeinen hernoemden de plaats tot Zeugma. Zeugma ontwikkelde zich tot een serieuze grensstad met ca. 20.000 tot 30.000 inwoners, een commercieel en militair centrum waar een rijke burgerij tot bloei kon komen. En dat betekende grote stadsvilla’s met mozaïekvloeren.
Die mozaïekvloeren bestonden uit kleurige steentjes, stukjes glas of keramiek in mortel, een soort beton. Hoe fijner de stukjes hoe mooier en gedetailleerder de vloer was, en hoe duurder uiteraard. En hoe mooi en fijn ook, ze waren wel bedoeld om overheen te lopen. De voorstellingen moesten vanuit verschillende invalshoeken iets te bieden hebben en gingen vaak over mythologische verhalen, jachtpartijen, arenagevechten of veldslagen.
Mozaïekvloeren waren dus niet puur decoratief, maar ook een vorm van entertainment. Maar boven alles was het een statussymbool, waarmee bezoekers onder de indruk moesten worden gebracht. Sommige vloeren konden onder een dun laagje water worden gezet. Daardoor kwamen de kleuren en voorstellingen nog beter tot hun recht, vooral als het een aquatisch thema betrof.
De Birecik Dam
Na een vernietigende aanval op Zeugma en haar bewoners door de Perzische Sassaniden in 253, was het gedaan met de welvaart van de stad. De mooie villa’s met hun mozaïeken raakten onbewoond en vervielen tot ruïnes en uiteindelijk verwerden de vloeren tot in de grond verstopte archeologische restanten. Het is een geluk bij een ongeluk dat de restanten zo goed bewaard zijn gebleven, want bij herbewoning van Zeugma is het maar de vraag of dat zo zou zijn geweest.
De Eufraat is vandaag nog steeds een belangrijke rivier. Ook in geopolitiek opzicht. Aan de omvang zie je het er niet aan af. Wie het Nederlandse brede rivierenlandschap gewend is, zal niet gauw onder de indruk zijn. Maar water is schaars in het stroomgebied van de Eufraat en dus kostbaar. Daarbij gaat het niet alleen om de landbouw, maar ook om de stroomvoorziening. Met die doelen op het oog openbaarde Turkije eind twintigste eeuw zijn plannen om een stuwdam in de rivier bij Zeugma te bouwen. Daar kreeg menig archeoloog een rolberoerte van.
Toen de Birecik Dam in 2000 klaar was, begon het gebied erachter langzaam onder water te lopen. Helaas was dat wel de plek van Zeugma, waar archeologen bij tijd en wijle mooie vondsten deden. Daar dreigde nu rigoureus een vochtig eind aan te komen. Maar dankzij internationale aandacht en fondsen, onder andere van de Amerikaanse hoogleraar en filantroop David Woodley Packard, kon de archeologische site in hoog tempo worden uitgekamd. Talloze kostbare mozaïekvloeren werden zo veiliggesteld.
Het zigeunermeisje
Veel van de vloeren uit Zeugma zijn nu te zien in het indrukwekkende ‘Zeugma Mozaik Müzesi’ in Gaziantep, een grote provinciehoofdstad ten westen van de Eufraat in Zuidoost-Turkije. De collectie van dit moderne museum bestaat uit 2.448 m² aan mozaïeken uit de Romeinse tijd en de late oudheid. Verder zijn er talloze andere archeologische vondsten te zien, waaronder een uniek en intact bronzen standbeeld van de Romeinse oorlogsgod Mars. Maar het topstuk van het museum is zonder meer het zogenaamde zigeunermeisje-mozaïek dat niet op de vloer ligt, maar als een schilderij aan de muur hangt.
Het zigeunermeisje-mozaïek heeft niet altijd in het Zeugma-museum gehangen. Het werd in de jaren zestig in twaalf stukken opgegraven in de buurt van de Turkse plaatsje Belkis, de moderne voortzetting van Zeugma, en verkocht aan de Amerikaanse ‘Bowling Green State University’ in Ohio. In 2012 keerde het mozaïek terug naar zijn geboortegrond na een overeenkomst tussen de universiteit en de Turkse overheid, die tegen die tijd zuiniger was geworden op zijn culturele en archeologische erfgoed.
Het is overigens helemaal geen zigeunermeisje dat het mozaïek afbeeld; dat is moderne invulling. Het is zelfs niet met zekerheid te zeggen of het überhaupt een meisje betreft. Na de opgraving werd er ook gespeculeerd dat het een jonge Alexander de Grote betrof. Wat wel opvalt is de kracht van het werk. Het is een mysterie wat de grote, bruine ogen, die vanonder een bruine haardos een beetje schuin kijken, zien. Wat dat betreft is het kunstwerk de Mona Lisa van zijn tijd, alhoewel het nooit de bedoeling is geweest dat we er als een schilderij op ooghoogte naar kijken. In haar tijd zal ze op de vloer hebben gelegen.