De SP en de Oudheid

SP wil (opnieuw) een Nationaal Historisch Museum
2 minuten leestijd
De SP en de Oudheid
De SP en de Oudheid

Over een paar maanden zijn er verkiezingen. De twee grootste partijen hebben al aangekondigd dat er minder geld moet naar de culturele sector (PVV) en studierichtingen zonder arbeidsmarktperspectief (VVD). Dat bedreigt enkele musea waarvan ik hoop dat ze open blijven. Ook bedreigt het opleidingen voor oude geschiedenis en archeologie – en daarmee indirect ook klassieke talen. Die studie biedt weliswaar een wat grotere baankans, maar zonder inzichten uit de archeologie en geschiedenis is ze intellectueel dood.

Kortom, de oudheidkunde heeft er wel eens beter voor gestaan. Er was dus alle reden om eens enkele verkiezingsprogramma’s te bekijken. Ik keek daarbij alleen naar de vraag wat deze programma’s betekenden voor de oudheidkunde – opvallend genoeg lijkt geen enkele partij de oprichting van een Departement van Oudheidzaken te voorzien – en ik zal daarover de komende tijd verslag doen. Vandaag de SP, die me verraste met een opvallend uitgebreide cultuur-paragraaf, samengevat tot “Wij gaan meer investeren in kunst en cultuur”. Eerste alinea:

Kunst en cultuur zijn geen voorrecht van een kleine elite, maar een verrijking voor ons allemaal. We gaan extra investeren in onder meer theaters, festivals, orkesten en musea. Kunstenaars moeten kunnen leven van hun werk en dat werk moet ook vaker buiten de grote instellingen te zien zijn. We stimuleren kunst en cultuur in de openbare ruimte, overal in het land en dicht bij mensen in de buurt.

Wie zou daar nou tegen kunnen zijn? Maar dan wordt het lastiger. De oude wens van de SP wordt herhaald: de partij wil een Nationaal Historisch Museum

“…waar de geschiedenis van ons land, de ontwikkeling van onze politieke instituties en de gedeelde grondwaarden van onze samenleving op een aantrekkelijke wijze en voor een breed publiek toegankelijk worden gemaakt.”

Met andere woorden: geschiedenis wordt ondergeschikt gemaakt aan een politiek doel. Een politiek doel dat ik toevallig onderschrijf maar dat nog altijd een politiek doel is. Daar dient de geschiedwetenschap niet toe. Ik ben hiermee niet gelukkig.

“Om ons nationaal erfgoed meer toegankelijk te maken worden de Rijksmusea minimaal één dag in de week gratis toegankelijk voor iedereen.”

Een uitstekend idee, maar Zoete Lieve Gerritje vraagt zich af wie dat zal betalen. Dat geldt ook voor het heel sterke volgende punt:

“We versterken het fonds voor archeologische vondsten. Daardoor komen er meer mogelijkheden om de opgegraven schatten uit onze bodem ook te onderzoeken.”

Iets dergelijks kwam ik niet tegen in de andere programma’s. Het getuigt van inzicht.

Daar staat helaas tegenover dat het programma weinig biedt over wetenschap. Er zijn wat opmerkingen over democratisering van de universiteit (daar wil de SP meer van) en het leenstelsel (daar wil de SP minder van) maar over voorlichting en open access kon ik zo snel niets vinden. Toch zou ik zeggen dat “oormerk 4% van de eerste geldstroom voor wetenschapsvoorlichting” en “stel open access niet uit” passen in de denkwijze van deze partij.

Dit gezegd zijnde: indien mijn stem uitsluitend zou worden bepaald door oudheidkundige belangen, zou ik een stem op de SP overwegen. Dat Nationale Historische Museum vergeef ik ze, want dat onzalige idee zal toch worden gesmoord in incompetentie.

Zie ook: Politieke geschiedenis

Jona Lendering is historicus, webmaster van Livius.org en docent bij Livius Onderwijs. Hij publiceerde verschillende boeken en verzorgt een nieuwsbrief over de Oudheid. Zie ook zijn blog: mainzerbeobachter.com

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 53.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×