Dark
Light

De troon van Satan

…en het Pergamonaltaar in Berlijn
2 minuten leestijd
Het Pergamonaltaar (Berlijn)
Het Pergamonaltaar (Berlijn)

In Berlijn zijn een kleine zeventig voorwerpen in de oudheidkundige musea op het beroemde Museumeiland met een kleverige vloeistof besmeurd. Er zit geen patroon in het vandalisme, de schade is niet zó groot dat de restauratie vóór het politieonderzoek moest gaan. De voornaamste zorg van de beheerders is dat er ook leenstukken zijn besmeurd. Het is lelijk nieuws, maar vooralsnog zijn er geen aanwijzingen dat het groter is dan dit.

De media zijnde de media is het wel groter gemaakt. In het museum staat namelijk ook het Pergamonaltaar ofwel de Troon van Satan. Ik ga hier de verbanden die complotdenkers bedenken geen extra publiciteit geven. Ik beperk me tot de bewering dat dit de Troon van Satan zou zijn.

Dat is gebaseerd op de Openbaring van Johannes, het wonderlijke laatste boek van het Nieuwe Testament, geschreven in de laatste jaren van de eerste eeuw n.Chr. Er waren christenen gedood en de auteur spreekt zijn lezers moed in. Als ze vast hielden aan hun geloof in Christus, zouden ze op de Jongste Dag worden gerechtvaardigd. Johannes’ collectie fantasmagorieën vormt fenomenale literatuur. U hoeft niet te geloven in een naderend Oordeel om het met ingehouden adem te lezen. (Indien u desondanks een aanbeveling nodig heeft: het was de favoriete hotelkamerlectuur van Hunter S. Thompson zaliger nagedachtenis.)

De Openbaring van Johannes begint met enkele korte brieven, waaronder die aan de christenen in de stad Pergamon.

“Zo spreekt Hij die het zwaard voert, het scherpe en tweesnijdende: Ik weet waar gij woont: daar waar de troon van de Satan staat. Toch houdt gij mijn naam hoog, gij hebt het geloof in Mij niet verloochend, ook niet in de dagen van Antipas, mijn trouwe getuige, die gedood werd bij u, daar waar de Satan woont.”

Het Pergamonaltaar in Berlijn
Het Pergamonaltaar in Berlijn (CC BY-SA 3.0 – Lestat, Jan Mehlich – wiki)

Verklaringen

Wat zou zijn bedoeld? Sommige onderzoekers denken dus dat de Troon van Satan het Pergamonaltaar is, dat inderdaad iets heeft van een troon. Zie het plaatje hierboven. Antieke auteurs noemden altaren wel vaker goddelijke tronen.

Er zijn echter ook andere verklaringen. De Servische oudheidkundige Laszlo Gallusz behandelt er een paar in The Throne Motif in the Book of Revelation (2014), hoofdstuk zeven.

Pergamon bezat bijvoorbeeld ook het oudste heiligdom voor de cultus voor Roma en Augustus in de provincie Asia. De stad was de eerste die de trotse eretitel “de tempelwachter” aannam (neokoros). Dit soort titels waren destijds belangrijk en reken maar dat een auteur als Johannes ze kende. Bovendien speelden, voor zover we de praktijk van de vroegste christenvervolgingen kennen, offers in de heiligdommen van de keizercultus een rol.

Een andere optie is dat Johannes verwijst naar de Asklepiostempel, een van de beroemdste heiligdommen uit de oude wereld. Dat tegen het einde van de eerste eeuw de slang, het listigste dier van de schepping, in de christelijke traditie was komen gelden als belichaming van Satan, kan een rol hebben gespeeld.

Kortom, wat er nu in Pergamon was dat kon doorgaan voor de Troon van Satan, we weten het niet.

Ook op Historiek: De biografie van de duivel

Jona Lendering is historicus, webmaster van Livius.org en docent bij Livius Onderwijs. Hij publiceerde verschillende boeken en verzorgt een nieuwsbrief over de Oudheid. Zie ook zijn blog: mainzerbeobachter.com

Gerelateerde rubrieken:

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 51.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
×