De witmarmeren beelden uit de tijd van de oude Grieken en Romeinen zijn wereldberoemd. Veel minder bekend is dat deze sculpturen vroeger vaak helemaal niet wit waren. Het Gallo-Romeins Museum in Tongeren laat de komende maanden zien hoe dergelijke beelden er vroeger écht uitzagen: bontgekleurd.
Bezoekers krijgen in de tentoonstelling De oudheid in kleur ongeveer dertig reconstructies te zien van antieke sculpturen. Het gaat om beelden van onder andere goden, keizers, krijgers en mythologische figuren. Ze zijn kleurrijk beschilderd, net zoals in de klassieke oudheid.
De tentoonstelling vloeit voort uit een studie van de Duitse klassiek archeoloog Vinzenz Brinkmann, die al jarenlang onderzoek doet naar de beschildering van antieke sculpturen. Samen met zijn vrouw Ulrike Koch-Brinkmann maakt hij wetenschappelijk verantwoorde reconstructies, op ware grootte en trouw aan de beeldtaal en technieken uit de klassieke oudheid. Het Gallo-Romeins Museum:
“Ze brengen ons een stuk dichter bij de manier waarop de oude Grieken en Romeinen hun sculpturen creëerden, wat het doel ervan was en hoe ze de beelden zelf ervoeren. Ze getuigen van de beeldhouwkunst in de oud-Griekse en Romeinse cultuurwereld, van pakweg 700 v.Chr. tot 476 n.Chr.”
Bij het vervaardigen van reconstructies gaat het echtpaar zeer grondig te werk. Om te achterhalen welke kleuren de beelden in de oudheid hadden, worden de originelen eerst onderzocht, met behulp van ultraviolet licht en röntgenstralen. Hiermee kunnen verfsporen en decoratiepatronen die met het blote oog al lang niet meer waarneembaar zijn, toch weer zichtbaar gemaakt worden.
Westers schoonheidsideaal
De oude Grieken en Romeinen zouden de witte marmeren beelden zoals wij die zo goed kennen nauwelijks herkennen. Onbeschilderde marmeren beelden waren voor hen simpelweg nog niet ‘af’. Dat de beelden vandaag de dag wit zijn is volgens het Tongerense museum niet zo vreemd. Veel van dergelijke beelden zijn namelijk eeuwenlang blootgesteld aan weer en wind, waardoor de verf afschilferde of wegspoelde tijdens regenbuien. Als er sporadisch toch eens verfsporen bewaard waren, verdwenen die in het verleden vaak door stevige poetsbeurten van overijverige archeologen. Het idee dat het antieke marmersculpturen onbeschilderd was, ontstond in de Renaissance (ca. 1400-1600 n.Chr.):
“Beeldhouwers lieten zich toen inspireren door de oudheid. Op de antieke beelden die zij kenden, was amper kleur te zien. Ze leken onbeschilderd. En hoewel die renaissancekunstenaars waarschijnlijk wisten dat antieke sculpturen beschilderd waren, kozen ze er toch voor hun beelden niet te kleuren. Beelden in onbeschilderd, wit marmer groeiden uit tot een westers schoonheidsideaal.”
De gekleurde reconstructies vormen een belangrijk onderdeel van de tentoonstelling, maar het museum laat bezoekers daarnaast ook zien hoe beelden in de klassieke oudheid werden gemaakt. Geschat wordt dat het ongeveer zes tot acht maanden duurde om een levensgroot beeld te vervaardigen. Eerst moesten steenkappers in de steengroeven een geschikt blok marmer hakken. Vaak werd ter plekke dan al een grove eerste bewerking gemaakt, om het gewicht van het uiteindelijke beeld te bepalen en het transport te vergemakkelijken.
“Vervolgens ging een blok naar een atelier, waar een beeldhouwer ermee aan de slag ging. Door het oppervlak te gladden zorgde hij ervoor dat de schilder de verf nadien makkelijker op het marmer kon aanbrengen.”
Zowel steenkappers als beeldhouwers waren zonder uitzondering mannen. Bij het beschilderen van de beelden werden soms ook vrouwen ingezet. De verf werd gemaakt door kleurrijke verfstoffen te mengen met bindmiddelen, zoals ei of was. In de tentoonstelling zijn nog enkele oud-Griekse en Romeinse sculpturen te zien waarop de kleursporen nog wel met het blote oog zichtbaar zijn.
Bronzen beelden
In de tijd van de oude Grieken en Romeinen werden ook veel beelden van brons gemaakt. Ook deze beelden werden gekleurd. Het brons bewerkte men onder andere met zwavel, om een natuurlijke huidskleur te creëren. Voor de ogen werden edelstenen gebruikt. Lippen, tepels en wimpers werkte men af met (roodkleurig) koper, tanden met zilver.
In de tentoonstelling zijn vier reconstructies van beroemde bronzen beelden te zien: twee oud-Griekse krijgers uit ca. 450 v.Chr. (gevonden in Riace, Italië) en het beeldenpaar dat bekendstaat als ‘de Bokser en de Prins’. Die laatste werden samen gevonden aan de zuidkant van de Quirinaalheuvel in Rome.
De tentoonstelling De oudheid in kleur loopt van 21 oktober 2023 tot en met 2 juni 2024
Boek bij de tentoonstelling: De oudheid in kleur