Nietsvermoedend reed Jim Nicholson op 16 november 1996 naar Dulles International Airport om voor zijn werk een vliegreis naar New York en vervolgens Zuid-Amerika en Europa te maken. Voor de ingang van het luchthavengebouw werd hij uitgezwaaid door zijn drie kinderen. Ze zouden hun vader nadien nooit meer als vrij man terugzien. Voordat hij kon instappen in zijn vliegtuig werd hij gearresteerd door een man die zijn FBI-penning toonde. “Het spel is uit”, zo zei de federaal agent tegen hem, als in een politieserie.
Voordat de autoriteiten hem in de smiezen kregen, was Nicholson jarenlang een rijzende ster binnen de inlichtingendienst geweest. Na eerst als inlichtingenofficier met de rang van kapitein in het Amerikaanse leger gediend te hebben, werd hij in 1980 door de CIA in dienst genomen. Het was het laatste decennium van de Koude Oorlog en in verschillende landen hield Nicholson zich bezig met diverse spionage- en paramilitaire activiteiten. In Cambodja trainde hij bijvoorbeeld het Cambodjaanse verzet tegen de communistische Vietnamese bezetter. Op het moment dat de Sovjet-Unie uiteenviel, werkte hij als CIA-chef in de Roemeense hoofdstad Boekarest, waar de activiteiten van de KGB, de geheime dienst van de Sovjet-Unie, overgenomen werden door de SVR, de ‘dienst buitenlandse veiligheid van Rusland’. Het was deze organisatie waarmee hij tijdens zijn stationering als plaatsvervangende chef van de CIA in Kuala Lumpur in Maleisië, van 1992 tot 1994, geheime contacten aanknoopte. In ruil voor geld om zijn dure levensstijl te betalen, leverde hij inlichtingen over de activiteiten en leden van de CIA.
Verraad
Terwijl hij van 1994 tot 1996 werkte als instructeur op ‘The Farm’, het trainingscentrum van de CIA in Virginia, bleef Jim fungeren als informant van de Russen. Hij schrok er zelfs niet voor terug om gegevens van zijn pupillen door te geven, waarmee hij hun toekomst als inlichtingenagenten ondermijnde. Een Russische dubbelagent bracht de Amerikanen uiteindelijk op het spoor van Nicholsons verraad, dat echter nog wel bewezen moest worden. Ongeoorloofde bezoekjes aan Russische ambassades, mysterieuze geldbronnen en onderschepte post overtuigden de contraspionagemensen ervan dat ze beet hadden. Op het moment dat de CIA-spion werd opgepakt op Dulles Airport had hij geclassificeerde informatie bij zich die hij in Europa had willen overdragen aan zijn Russische financiers. In plaats van dat hij zijn zakken vulde met meer dollars, zou hij op 5 juni 1997 tot 23 jaar en 7 maanden gevangenisstraf worden veroordeeld voor spionage tegen de Verenigde Staten.
In de voetsporen
Wie denkt dat daarmee een einde aan de spionageactiviteiten van Jim Nicholson kwam, heeft het mis. Vanuit de federale gevangenis van Sheridan in Oregon wist de ex-CIA’er zijn jongste zoon Nathan over te halen in het buitenland contact te leggen met de Russen. Via hem bracht hij opnieuw inlichtingen over in ruil voor geld. De naïeve jongeman, die zijn gedroomde carrière in het leger in het water had zien vallen na een parachuteongeluk, vond het allemaal reuze spannend. Hij had altijd opgekeken naar zijn vader en was er trots op dat hij nu in zijn voetsporen trad. Het geld dat hij van de Russen kreeg verdeelde hij onder andere met zijn oudere broer en zus, die niets wisten van zijn spionagewerk, zoals hijzelf en zijn broer en zus indertijd ook niet geweten hadden van hun vaders landverraad. Maar ook Nathan viel tenslotte door de mand en werd in 2008 gearresteerd. Zijn vader werd voor de tweede keer aangeklaagd voor spionage en ook hijzelf ontsnapte niet aan vervolging. Pas in de rechtbank begon het hem te dagen welk spelletje zijn vader met hem had gespeeld.