Dark
Light

Hoe Paars in de steigers werd gezet

4 minuten leestijd
Hotel Des Indes aan de Lange Voorhout in Den Haag
Hotel Des Indes aan de Lange Voorhout in Den Haag (CC BY-SA 3.0 - Ben Bender - wiki)

Des Indes is een chic hotel aan de Lange Voorhout in Den Haag. Het is ook de plek waar een groepje politici van PvdA, VVD en D66 in de jaren zeventig, tachtig en de vroege jaren negentig heimelijk samenkwamen om te praten over een regering zonder CDA. Ethische onderwerpen als abortus, euthanasie en het homohuwelijk, waarover de christendemocraten altijd zo moeilijk deden, zouden dan eindelijk bespreekbaar worden. Zo’n regering van genoemde drie partijen zou later Paars heten, een kleur die je krijgt als je het rood van de PvdA, het blauw van de VVD en het groen van D66 mengt.

Een coalitie zonder de confessionelen leek op het eerste gezicht voor de hand liggend. VVD en D66 noemden zich liberaal, zij het dat de eerste partij een stuk conservatiever was dan de tweede. Ook de PvdA had deels liberale wortels: de Vrijzinnig-Democratische Bond behoorde in 1946 tot de fusiepartners van de sociaaldemocratische SDAP. Waarom dan niet samen gaan regeren?

Voor D66 was regeren zonder CDA een bijna heilige missie.

Het belangrijkste struikelblok vormde de sociaaleconomische tegenstellingen tussen PvdA en VVD. De eerste profileerde zich als links, als de partij voor de gewone man. De tweede had een rechts imago: de belangenbehartiger van de bezittende klasse. Maar die tegenstelling moest met wat goede wil te overbruggen zijn. Coalitiepartners hoeven toch niet overal hetzelfde over te denken?

Dat vonden in elk geval de deelnemers aan het Des Indes-beraad. Tot hen behoorden PvdA’ers als Frans Leijnse, Jan Pronk en Hein Roethof en VVD’ers als Frank de Grave, Robin Linschoten en Jan Kees Wiebenga. Uiteraard waren ook D66’ers erbij, onder anderen Gerrit-Jan Wolffensperger, Erwin Nypels en Ernst Bakker. Voor D66 was regeren zonder CDA een bijna heilige missie. Toen de partij nog maar pas bestond had oprichter Hans van Mierlo gezegd dat het politieke bestel moest ‘ontploffen’. Dat zou dan weliswaar niet gebeuren als er een kabinet ging regeren zonder die eeuwige christendemocraten, binnen de verhoudingen van de jaren zeventig en tachtig kwam het toch dichtbij.

Karakter

Het eerste Des Indes-overleg vond plaats in 1976, vijfenveertig jaar geleden dus. Dat gebeurde op initiatief van de liberale jongerenorganisatie JOVD, gelieerd aan de VVD. De bijeenkomsten hadden aanvankelijk een nogal vrijblijvend karakter, maar dat veranderde in 1993. Vanaf dat moment werd er ook gesproken in de Wassenaarse woning van de latere VVD-leider Hans Dijkstal, een fervent voorstander van een paarse regering. Het Des Indes-beraad werd menens.

Toch zou Paars waarschijnlijk nooit tot stand zijn gekomen als D66 niet in 1994 een enorme verkiezingsoverwinning had geboekt. De democraten stegen van twaalf naar vierentwintig Kamerzetels. Zij hadden daarmee de sleutel tot de vorming van een kabinet in handen. Behalve een door niemand gewenste ‘nationale’ coalitie van PvdA (de grootste partij), CDA (de grootste verliezer) en VVD was er geen meerderheidsregering denkbaar zonder D66. En partijleider Van Mierlo hield hardnekkig vast aan Paars.

Bordesscène van het kabinet-Kok I, beter bekend als het kabinet Paars I.
Bordessc̬ne van het kabinet-Kok I, beter bekend als het kabinet Paars I. (CC0 РRijksoverheid Рwiki)

Bijna mislukte zijn poging nog om een CDA-loos kabinet op de been te helpen. Na een aantal weken onderhandelen hield VVD-leider Bolkestein het voor gezien. Volgens hem durfde de PvdA niet voldoende te bezuinigen. Bolkestein voorzag een pappen-en-nathouden-coalitie: ‘Lubbers IV zonder de heer Lubbers’. Maar na tussenkomst van koningin Beatrix, die PvdA-leider Kok vroeg een regeerakkoord te schrijven en er vervolgens partners bij te zoeken, kwam het eerste paarse kabinet er toch.

Het werd, zo mag je terugblikkend stellen, een succes. De economie groeide spectaculair (vooral dankzij de toenemende wereldhandel). Daardoor steeg de werkgelegenheid en kon het kabinet zijn kreet ‘werk, werk, werk’ waarmaken. In niet-materieel opzicht zag onder meer de winkelsluitingswet het licht, iets wat met het CDA waarschijnlijk niet zo snel zou zijn gelukt. Het kabinet, dat de charme had van het nieuwe, haalde zonder veel moeite het einde van zijn termijn, in Nederland niet echt een vanzelfsprekendheid.

Klemmend beroep

Ook in electoraal opzicht triomfeerde Paars I, althans de PvdA en de VVD. Beide partijen wonnen fors. D66, dat zo zijn best had gedaan om het kabinet in het zadel te helpen, had heel wat minder reden tot juichen. Het verloor bij de verkiezingen van 1998 tien zetels. Voor Paars II was het eigenlijk niet meer nodig. Toch deden PvdA en VVD een klemmend beroep op de partij om opnieuw mee te doen. Ze durfden het nog niet aan om met zijn tweeën te regeren.

Pim Fortuyn, De puinhopen van acht jaar Paars, verschenen in 2002
Pim Fortuyn, De puinhopen van acht jaar Paars, verschenen in 2002
Paars II verscheen – zij het na een lange formatie – op het bordes, maar het presteerde heel wat minder goed dan zijn voorganger. De economie bleef zich weliswaar voorspoedig ontwikkelen, maar PvdA en VVD kregen ruzie over de besteding van de meevallers. De fut bij deze twee was eruit, en D66 deed in feite voor spek en bonen mee. Tot overmaat van ramp stapte Pim Fortuyn eind 2001 in de politiek. Tegen diens populistische aanvallen op de ‘paarse puinhopen’ stond de ineenstortende coalitie machteloos.

In 2012 zouden VVD en PvdA nogmaals samen regeren. Ook dit kabinet zat de rit uit. Maar het leek meer op het technocratische, ideologisch weinig geprofileerde Paars II dan op zijn verfrissende voorganger. Niemand haalde het trouwens in zijn hoofd het tweede kabinet-Rutte Paars III te noemen, hoewel het mengen van rood en blauw ook tot die kleur leidt. Niemand lijkt tegenwoordig terug te verlangen naar Paars. Behalve D66 misschien.

Ook interessant: De paarse kabinetten Kok I en Kok II (1994-2002)
…of: Nationaal record formeren dateert uit 1977

×