‘Meisje met de parel’ roept bijzondere hersenreacties op

Bezoekers kijken Meisje graag in de ogen
3 minuten leestijd
De onderdelen van het 'Meisje met de parel' die de meeste aandacht trokken
De onderdelen van het 'Meisje met de parel' die de meeste aandacht trokken - Afb: Mauritshuis

Recent onderzoek in het Mauritshuis toont aan dat het kijken naar het beroemde schilderij Meisje met de parel van Johannes Vermeer een unieke neurologische reactie oproept. De studie laat daarnaast zien dat bezoekers een tien keer sterkere emotionele reactie ervaren bij het zien van het echte schilderij in het museum dan bij een reproductie.

Het museum in Den Haag heeft voor het eerste neurologisch onderzoek laten doen naar schilderijen uit de eigen collectie. De onderzoekers maakten gebruik van EEG-metingen en oogbewegingen om te analyseren hoe het brein op kunstwerken reageert. Bij het Meisje met de parel werd een bijzonder neurologisch fenomeen geconstateerd: bezoekers worden visueel ‘gevangen’ in een zogenoemde Sustained Attentional Loop, waarbij de aandacht steeds terugkeert naar de ogen, mond en parel. Het Mauritshuis:

De bezoeker kijkt, zoals meestal bij gezichten, eerst naar de ogen en mond van het Meisje, maar daarna trekt de aandacht naar de parel. Deze leidt het oog dan weer naar de gezichtskenmerken van ogen en mond, om dan opnieuw naar de parel te gaan enzovoort.

Een van de deelnemers aan het onderzoek
Een van de deelnemers aan het onderzoek – Afb: Mauritshuis

Een dergelijke ‘lus van visuele aandacht’ werd alleen bij het schilderij van Johannes Vermeer geconstateerd. Een andere uitkomst van het onderzoek is dat bij het kijken naar het Meisje de zogeheten precuneus veruit het meest wordt gestimuleerd. De precuneus is het deel van de hersenen dat betrokken is bij het bewustzijn, zelfreflectie en het geheugen van persoonlijke levenservaringen. Dit resultaat was tijdens het onderzoek significant hoger bij het kijken naar het Meisje dan bij vier andere schilderijen uit de collectie van het Mauritshuis die op dezelfde manier werden onderzocht.

Het onderzoek bestond uit twee fasen. Eerst kregen tien personen in het Mauritshuis een draagbare EEG-cap en eye-tracker op. Zij liepen een route door het museum, waarbij zij het Meisje en de vier andere schilderijen uit de collectie te zien kregen. Dezelfde proefpersonen kregen in de bibliotheek van het Mauritshuis vervolgens drie reproducties te zien van dezelfde schilderijen. Tien andere proefpersonen deden hetzelfde, maar bekeken eerst de reproducties en gingen daarna het museum in.

In de tweede fase van de studie werd op de Universiteit van Amsterdam bij twintig respondenten een ‘functionele MRI’-hersenscan (fMRI) afgenomen. Tijdens de scan zagen de proefpersonen reproducties van de vijf schilderijen uit het Mauritshuis. Vijf proefpersonen deden zowel mee aan de eerste als de tweede fase van het onderzoek.

Een van de deelnemers aan het onderzoek
Een van de deelnemers aan het onderzoek – Afb: Mauritshuis

Interpretatie

De vraag is wel hoe representatief de bevindingen precies zijn, aangezien de proefpersonen met de apparatuur zich mogelijk anders gedroegen dan wanneer ze het museum als ‘gewone bezoeker’ hadden bezocht. Mogelijk waren zij vanwege de deelname aan het onderzoek extra alert en werd het kijkgedrag door de speciale omstandigheden beïnvloed.

Voor het Mauritshuis is de uitkomst van het onderzoek in ieder geval interessant aangezien aangetoond is dat de ervaring van het kijken naar een echt schilderij, zoals Meisje met de parel, krachtiger blijkt dan het kijken naar een schilderij waarvan men weet dat het om een reproductie gaat. Vera Carasso, directeur van de Museumvereniging, is dan ook blij met de uitkomsten van het onderzoek en wijst erop dat museumbezoek echt waardevol blijft:

We leven in een tijd waarin we steeds meer geconfronteerd worden met kopieën en interpretaties van de werkelijkheid. Je zou kunnen denken dat écht, échte kunst of voorwerpen daarmee minder belangrijk worden, maar het tegenovergestelde is waar: echt wordt júist steeds belangrijker. Een kennismaking met een écht kunstwerk is veel intenser dan met een kopie. Hoe geweldig dat dit effect nu ook wetenschappelijk is aangetoond en te zien is in de hersenactiviteit. De uitkomsten van dit nieuwe onderzoek zijn belangrijk en relevant voor de hele museumsector.

Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het Mauritshuis en is gebaseerd op samenwerking tussen Neurofactor en het onafhankelijke bureau Neurensics. Wetenschappers van de Universiteit van Amsterdam waren betrokken bij de uitvoering, en Liselore Tissen van de Universiteit Leiden fungeerde als extern adviseur.

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 53.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×