Een veelbesproken moordzaak uit 1946 lijkt eindelijk te zijn opgelost. Een hoogbejaarde vrouw heeft onlangs in een brief aan de burgemeester van Leiden bekend dat zij degene is die op 1 maart 1946 de Leidse ingenieur Felix Guljé dood schoot.
Felix Guljé was in de jaren veertig voorzitter van de Algemene Katholieke Werkgevers Vereniging en verzetsman. Hij maakte een goede kans om na de oorlog minister te worden, maar werd op 1 maart 1946 bij zijn huis neergeschoten door een vrouw die even daarvoor had aangebeld. Felix Guljé raakte zwaar gewond en overleed terwijl hij per ambulance naar het ziekenhuis werd vervoerd. Bij zijn begrafenis waren onder meer minister-president Schermerhorn en minister Kolfschoten (justitie) aanwezig.
Een lange zoektocht naar de dader volgde. Er werd gezocht in de kringen van het verzet. Volgens sommigen werd Guljé vermoord omdat hij teveel wist over de slechte behandeling van landverraders in de na de oorlog opgerichte interneringskampen. Ook werd wel eens gesuggereerd dat Guljé werd geliquideerd omdat hij tijdens de oorlog economisch zou hebben gecollaboreerd met de bezetter, een beschuldiging waar hij eerder van was vrijgesproken.
Ondanks een lange en intensieve zoektocht werd de moord niet opgelost. De burgemeester van Leiden, Henri Lenferink, ontving onlangs echter een brief van een hoogbejaarde vrouw. In deze brief verklaarde de vrouw dat zij degene is die de Leidse ingenieur in 1946 neerschoot. De moordzaak lijkt daarmee eindelijk opgelost. De inmiddels verjaarde zaak is door de burgemeester doorgespeeld aan het OM.
Woensdag zal burgemeester Lenferink tijdens een persbijeenkomst een nadere toelichting geven. De nabestaanden van Felix Guljé hebben aangegeven geen contact te willen met de pers. Ze willen de nieuwe feiten in alle rust binnen de familiekring verwerken.
Lees ook: De verklaring van burgemeester Lenferink over de moord op ir. Felix Guljé in 1946
Boek: Niet te geloven – Eugène Guljé
