De middeleeuwse augustijner kanunnik en mysticus Thomas a Kempis (1380-1471) is onder meer bekend om zijn werk ‘Over de navolging van Christus’ (De Imitatione Christi). Hij bouwde de Moderne Devotie, een christelijke hervormingsbeweging die in de tweede helft van de vijftiende eeuw op gang werd gebracht door Geert Grote (1340-1384), in Zwolle verder uit. Zijn beroemdste werk schreef hij ook in deze stad.
De beenderen van de mysticus werden lange tijd bewaard in de Sint-Michaëlskerk in Zwolle. Enkele jaren geleden wilde men het gezicht van Thomas a Kempis reconstrueren, maar dit lukte niet omdat er teveel delen van zijn schedel ontbraken.
De Vereeniging tot beoefening van Overijsselsch Regt en Geschiedenis denkt nu te weten waar het ontbrekende kaakbeen ligt. Volgens de vereniging nam een benedictijner monnik de onderkaak in 1847 als een reliek mee naar de Abdij van Solesmes. Deze abdij is inmiddels aangeschreven maar een reactie kwam er tot dusver niet. De vereniging, die haar vermoeden baseert op een reisverslag van de Ier Francis Richard Cruise, is argwanend. Het zwijgen van de abdij voedt het vermoeden dat men iets te verbergen heeft.
In De Stentor komt een Moderne Devotie-kenner aan het woord die vindt dat er alles aan gedaan moet worden om het ontbrekende deel van de schedel naar Zwolle te halen. De hoop is dat er dan alsnog een gezichtsreconstructie kan worden gemaakt.
