Ruim tachtig procent van de Nederlanders leeft op dit moment in steden. Ondanks, of misschien wel dankzij dit gegeven zijn boeren en boerderijen nog nooit zo populair geweest als in het afgelopen decennium. Denk aan populaire fenomenen als kamperen bij de boer of de tv-hit Boer zoekt vrouw.
Tegelijk verkeert het Nederlandse agrarische leven al decennialang in een crisis. Veel boeren moeten alternatieve inkomstenbronnen aanboren om te kunnen overleven. Veel oude historische boerderijen zijn verdwenen – of dreigen te verdwijnen – en hebben plaatsgemaakt voor onooglijke, strak belijnde landbouwbedrijven. Het aantal Nederlandse boerderijen gebouwd vóór 1940 is afgenomen van 192.000 in 1940 tot 91.000 is 2001. Hiervan worden momenteel ruim 6400 door het Rijk beschermd.
Potje boerengolf
De belangrijkste oorzaken van de grote afname van het aantal traditionele boerderijen zijn schaalvergroting, verstedelijking, milieuwetgeving en de voortdurend veranderende Nederlandse infrastructuur.
Niet alleen het aantal boerderijen nam en neemt af, maar van de agrarische panden die overbleven verandert ook de economische functie. Voorbeelden zijn de talrijke boerderijen die gebruikt worden als zorginstellingen, kaas- of ijsboerderijen, (pannenkoeken)restaurants, musea, boerencampings, of als kantine na een potje boerengolf met collega’s.
Cultuurhistorische parels
Al met al zijn er dus redenen genoeg voor een tijdsdocument over monumentale boerderijen. Dat tijdsdocument is nu verschenen bij WBooks, in de vorm van het – zowel letterlijk als figuurlijk – monumentale naslagwerk Het Grote Boerderijenboek.
Dit prachtige boek is uitgebracht in samenwerking met de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en biedt – onder redactie van Ben Kooij en Judith Toebast – een fotografische overzicht van talloze historische en hedendaagse boerderijen, interieurs en boerenerven. Het materiaal is van diverse kanten aangeleverd, met name door auteurs, bedrijven, musea en een reeks van archiefinstellingen.
Oud bouwbestek
Alle hoofdtypen boerderijen die in Nederland voorkomen vindt men in dit boek terug, op prachtige foto’s, historische artefacten en soms kunstobjecten. Het archiefmateriaal biedt enkele kunsthistorische parels. Zoals een bouwbestek van een boerderij uit de Hoeksche Waard uit 1539, oude kadasterkaarten of oude prenten van Marumse boerderijen van rond 1700.
Kwalitatief hoogstaande foto’s, die nauwkeurig geselecteerd en beschreven zijn, bieden het hoofdbestanddeel van de inhoud. Optisch fraai zijn met name de boerderijen uit De Beemster (dat als voormalige polder op de Werelderfgoedlijst prijkt) en het uitstekende historische artikel over boerderijvormen in de Prehistorie en Middeleeuwen. En, niet te vergeten, natuurlijk de Fries-Groningse kop-hals-rompboerderijen.
Boer zoekt jong boerenwijf
Vrijwel alle regio’s in Nederland komen in Het Grote Boerderijenboek aan bod, maar ook thema’s als ‘De boer en zijn werk’, het fenomeen bedstee, de boerderij Het Blauwe Huys bij Ouddorp of de ‘Boer zoekt jong boerenwijf’-geitenboer Frank Brinkhaus met zijn Anita. Evenmin ontbreken historische kloosterboerderijen, luchtfoto’s en een complete sectie over de constructies en materialen in de interieurs van boerderijen.
Dit boek is een schitterend naslagwerk voor boeren zelf, architectuurliefhebbers, historisch geïnteresseerden en iedereen die de agrarische wereld een warm hart toedraagt. Het Grote Boerderijenboek biedt voor deze doelgroepen een totaaloverzicht van de belangrijkste gebeurtenissen en variatie binnen – met name – de naoorlogse Nederlandse agrarische geschiedenis.