Het boekenland wordt momenteel overstroomd met uitgaven over de Eerste Wereldoorlog. Er zitten mooie boeken tussen, zoals De Eerste Wereldoorlog van Norman Stone. Een diepgravend werk is het niet, maar voor geïnteresseerden en professionals die snel een overzicht van de hoofdlijnen van deze oorlog wensen, is dit boekje een aanrader. Stone weet de aandacht van de lezer te pakken, zodat je dit boek zo hebt uitgelezen.
Norman Stone (1941) is een gerenommeerd Engels historicus. Hij was professor aan de University of Oxford en doceerde aan de University of Cambridge. Ook heeft hij gewerkt als buitenlandadviseur en speechschrijver voor Margaret Thatcher en was hij presentator voor de BBC. De Eerste Wereldoorlog – dat is verschenen bij OmniBoek – is de Nederlandse vertaling van het oorspronkelijke Engelstalige boek van Stone uit 2007, World War One: A Short History.
Vier wereldrijken
In chronologische volgorde vertelt Stone het dramatische verhaal van de Eerste Wereldoorlog. Deze oorlog kostte 14 miljoen doden, 20 miljoen gewonden en leidde tot de ineenstorting van vier wereldrijken.
Stone concentreert zich op de hoofdlijnen, waarbij de aanloop (oorzaken en aanleiding) in hoofdstuk 1 de aandacht krijgt, en de oorlogsjaren 1914, 1915, 1916, 1917 en 1918, gevolgd door een slotbeschouwing, in de daaropvolgende hoofdstukken.
Duitslands zelfmoordbrief
Stone deinst er niet voor terug – een thema dat tegenwoordig in de historiografie sterk ter discussie staat – om Duitsland als agressor aan te wijzen. Duitsland, althans de personen die de militaire touwtjes in handen hadden, stuurde doelbewust op een oorlog aan en benutte de omstandigheden als ‘excuus’:
“De Duitse strijdmachten wilden duidelijk een oorlog en hadden al besloten om te mobiliseren, maar ze kregen een sterk argument aangereikt toen op 31 juli de algemene mobilisatie werd afgekondigd in Sint-Petersburg, net voor de Duitse werd bekendgemaakt. Dat betekende dat de mobilisatie als een defensieve maatregel kon worden gepresenteerd, en dat was van belang, gezien de mogelijke oppositie in de Reichstag. Toen het er op aankwam maakten de sociaaldemocraten geen moeilijkheden en stemden voor de oorlogskredieten.” (29)
Als cruciaal oorlogsjaar merkt Stone 1917 aan, het jaar waarin ‘Duitslands ergste nachtmerrie’, de Verenigde Staten, aan de Eerste Wereldoorlog gingen meedoen. Een situatie die door Duitsland zelf was uitgelokt via de onbeperkte duikbotenoorlog en (de onderschepping van) het Zimmermann-telegram. Dit telegram noemt de auteur treffend ‘Duitslands zelfmoordbrief, een farce’. (118)
Harde voorwaarden
De aanpak van Duitsland via de Vrede van Versailles werkte – zoals algemeen bekend is – averechts:
“Op 11 november, 11 uur ’s avonds, zwegen de wapens. De voorwaarden waren hard: Duitsland zou nooit meer in staat zijn te vechten. De geallieerden namen de gebieden rond de Rijn in. Duitsland werd niet bezet… naar later bleek een fatale beslissing (…) De lijst van mislukkingen na Versailles is oneindig. De ‘Volkenbond werd opgezet, met als doel’: arbitrage in internationale geschillen. Waar het om echt grote kwesties ging, richtte men zich steeds vaker op onbelangrijke zaken (…) De poging om de wereldeconomie te intrigeren, mislukte ook.” (171, 175)
Slot
In Stone’s boek staan verscheidene foto’s afgedrukt. Het boek besluit met een mooie serie kaarten van de belangrijkste frontlinies: het West- en Oostfront en de Italiaanse frontlinies, gevolgd door een beredeneerde bibliografie en een (plaats)namenindex.