Tegenwoordig bestaat de aarde uit verschillende continenten. Lang geleden, ten tijde van het Perm en het Trias (250 tot 210 miljoen jaar geleden), zaten al deze continenten aan elkaar vast en vormden ze één supercontinent: Pangea. Tijdens het daaropvolgende tijdperk, de Jura, viel dit supercontinent uiteen in verschillende kleinere delen.
Dit alles is zo lang geleden dat het voor onderzoekers moeilijk is de situatie van toen echt goed in kaart te krijgen. Over het algemeen gaat men er echter van uit dat Pangea 250 miljoen jaar geleden ontstond. Verschillende landmassa’s botsten toen op elkaar en vormden zo één reusachtig continent. De naam Pangea komt uit het Grieks (pan ‘geheel’ en gea ‘aarde’). Om het continent heen bevond zich één superoceaan: Panthalassa.
Perm-Trias-massa-extinctie
Na de vorming van Pangea nam de natuurlijke diversiteit op aarde sterk af. Wetenschappers spreken van de Perm-Trias-massa-extinctie. Er zijn verschillende theorieën over de oorzaak van de massale sterfte. Duidelijk is in ieder geval dat de weersystemen en zeestromen door de vorming van Pangea ingrijpend veranderden.
Doordat alle delen van de aarde nu aan elkaar vast zaten werden ook soorten die zich op geïsoleerde delen hadden ontwikkeld ineens bereikbaar voor grote roofdieren. Het aantal dieren en de verscheidenheid namen hierdoor af. Door de vorming van het supercontinent en de botsende aardlagen zouden verder veel grote vulkanen zijn ontstaan. Hierdoor kwamen ook veel dieren om het leven. Verder wordt een enorme meteoriet-inslag op het huidige Antarctica vaak aangedragen als mogelijke oorzaak van de massale sterfte. De inslagkrater heeft naar verluidt een doorsnee van bijna vijfhonderd kilometer (Wilkeslandkrater). Ergens is het huidige Noord-Rusland waren verver veel vulkaanuitbarstingen waarbij veel zwavel in de lucht terecht kwam
Laurazië en Gondwana
Het supercontinent spleet ongeveer tweehonderd miljoen jaar (gedurende de Jura) geleden uiteen in twee delen. In het noorden ontstond zo Laurazië en in het zuiden Gondwana (of Gondwanaland). Deze twee continenten gingen op hun beurt ook weer uiteen. Vanuit Laurazië ontstonden zo uiteindelijk Noord-Amerika en Eurazië en vanuit Gondwana werden de continenten op het zuidelijke halfrond gevormd (Antarctica, Zuid-Amerika, Afrika en Australië). Dit proces verliep uiteraard zeer langzaam. Na de splitsing van de continenten dreven deze langzaam van elkaar weg. Dit proces, continentale drift, is nog steeds aan de gang. Afrika beweegt zich bijvoorbeeld langzaam in noordwaarste richting.
In de periode waarin de continenten elk hun eigen weg gingen, ontstonden er ook nieuwe eilanden. Historicus Christopher Lloyd schrijft daarover beeldend in zijn boek What on Earth Happened?:
“Door de druk vanuit het binnenste van de aarde werd Groot-Brittannië – dat zestig miljoen jaar onder het zeeoppervlak had gelegen – langzaam omhoog gestuwd tot het eindelijk, veertig miljoen jaar geleden, boven water kwam, als een reusachtige onderzeeër die naar lucht komt happen. De lange onderzeese geschiedenis van Groot-Brittannië verklaart waarom zo’n groot deel van het land en de kust bedekt is met krijtgesteente, een vorm van kalksteen uit het Krijt.”
De hooglanden van Wales en Schotland lagen overigens al boven water. Pangea was vermoedelijk niet het eerste supercontinent. Volgens plaattektonische reconstructies bestond er zo’n 1100 tot 750 miljoen jaar geleden ook al een supercontinent genaamd Rodinia. Hoe vaak de continenten zijn samengeklonterd om vervolgens weer uit elkaar te gaan is onduidelijk. Volgens wetenschappers gebeurde dit tenminste vier keer.
Alfred Wegener
De eerste wetenschapper die de theorie van de platentektoniek en de continentale drift uitvoerig beschreef was de Duitse meteoroloog en aardwetenschapper Alfred Wegener (1880-1930). Hij bouwde daarbij voort op het werk van de Oostenrijker Eduard Suess (1831-1914), die in de negentiende eeuw al concludeerde dat alle zuidelijke continenten ooit een geheel moesten hebben gevormd (Gondwana). Ook andere wetenschappers – waaronder de zestiende-eeuwse Vlaamse cartograaf Abraham Ortelius – was het al opgevallen dat de kustlijnen van Zuid-Amerika en Afrika als een puzzel in elkaar leken te passen.
Wegener publiceerde in 1915 voor het eerst uitgebreid over het fenomeen van de verschuivende continenten in zijn boek Die Entstehung der Kontinente (Het ontstaan van de continenten). Drie jaar eerder had de Duitser zijn theorie in een lezing voor het eerst uit de doeken gedaan. In 1920 gebruikte hij als eerste de benaming Pangea. Wetenschappers als Alexander du Toit, Arthur Holmes en John Tuzo Wilson deden na de dood van Wegener meer onderzoek naar de verschuivende continenten.
Boek: Een kleine geschiedenis van bijna alles
Bronnen ▼
-http://dinosaurpictures.org/ancient-earth#200
-http://www.natuurinformatie.nl/nnm.dossiers/natuurdatabase.nl/i001267.html
-https://nl.wikipedia.org/wiki/Perm-Trias-massa-extinctie
-Wat is er in hemelsnaam gebeurd? – Christopher Lloyd – p 60,64,73,85