In Hoorn komt zeker vijf jaar lang een replica te liggen van het VOC-schip de Halve Maen. De gemeenteraad van de stad is daar eind vorig jaar mee akkoord gegaan.

De Nederlandse regering liet begin twintigste eeuw een replica bouwen en schonk die in 1909 aan de stad New York, precies driehonderd na de beroemde reis van Hudson. Ook dit schip werd echter door brand verwoest.
In de jaren tachtig werd een tweede replica gebouwd. Dit keer op initiatief van Andrew Hendricks, lid van de Holland Society of New York. Deze versie van de Halve Maen komt nu dus naar Hoorn. De Amerikaan wil met het schip onder meer aandacht vragen voor het rijke maritieme verleden van Nederland in de Gouden Eeuw. De voorouders van Hendricks zijn afkomstig uit Nederland.
Het schip vaart jaarlijks de rivier de Hudson af met schoolgroepen. Andrew Hendricks wil het schip al langere tijd naar Nederland brengen. Na lang praten wordt dat plan nu uitgevoerd.
Bruikleen
Hoorn krijgt het schip vijf jaar in bruikleen van de Amerikaanse eigenaar en het New Netherland Museum, met mogelijkheid van verlenging. Het schip wordt straks geëxploiteerd door het Westfries Museum, dat daarbij ondersteund wordt door Stichting Varend Erfgoed.
De gemeente Hoorn stelt eenmalig een bedrag van 100.000 euro beschikbaar voor het project. Dat geld is onder meer bestemd voor het transport van het schip naar Nederland en het maken van een expositieruimte.
Groepsportret

De laatste jaren is dankzij onderzoek van het New Netherland Museum meer bekend geworden over de geschiedenis van de Halve Maen. Het jacht werd rond 1606 gebouwd en uit de bevrachtingscontracten blijkt dat het niet alleen actief was in de handel in Portugal, maar ook in de handel in graan en hout met de Oostzeelanden. Schipper in die tijd is Maarten Pietersz uit Schellinkhout, een bekend schippersdorp dicht bij Hoorn.
Als alles meezit is het schip komende zomer al in de West-Friese stad te bezichtigen.