Dark
Light

Roofstaat – De zeven grofste misdaden van Nederland overzee

De compacte editie
2 minuten leestijd
Roofstaat - De zeven grofste misdaden van Nederland overzee
Roofstaat - De zeven grofste misdaden van Nederland overzee

Het bekende boek van schrijver en fotograaf Ewald Vanvugt, Roofstaat uit 2016, is nu in een compacte versie verschenen onder de titel Roofstaat. De zeven grofste misdaden uit de Nederlandse geschiedenis overzee (Uitgeverij Nijgh & Van Ditmar – Top Notch, 2017). Deze ingekorte versie beslaat geen 856 maar 248 pagina’s en focust op de zeven grootste wandaden van Nederlanders in overzeese gebieden in de jaren 1600-2000.

In zeven hoofdstukken komen de thema’s aan de orde waarin Nederland in het verleden over de schreef ging. Achtereenvolgens betreft het oorlogszucht, uitbuiting, mensenhandel, vrouwenmisbruik, opiumhandel, oorlogsbuit en de omgang met ongewenste tegenstemmen (via censuur en propaganda). In deze compacte versie beperkt Ewald Vanvugt zich, anders dan in de eerdere uitgebreide editie, tot de moderne tijd: de jaren 1600-2000.

Koloniale oorlogen en Chinezenmoord

In het eerste hoofdstuk, ‘Oorlogszucht’, komen onder meer de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648), het gewelddadige optreden van de VOC en WIC, de oorlogen in Nieuw-Nederland (het huidige New York en omliggende regio) in de zeventiende eeuw en de beruchte Chinezenmoord in Batavia in 1740 aanbod. En uiteraard ook de laatste koloniale oorlog die Nederland voerde in Nederlands-Indië in de jaren 1945-1949. Vanvugt:

“De meeste mannen van de Koninklijke Landmachten het KNIL vochten op Java, waar de oorlog het hevigst was. In deze guerrillastrijd bestond de vijand uit allerlei groeperingen, die zich geleidelijk aaneensloten tot het Republikeinse Leger (TNI), onder het opperbevel van generaal Nasution en de politieke leiding van Soekarno.” (64)

Opiumhandel: Willem I als ‘opiumpusher’

Hoofdstuk vijf, over de opiumhandel, gaat onder meer in op de rol van Nederland en in het bijzonder koning Willem I, als ‘opiumpusher’. De opiumhandel was voor Nederland namelijk financieel behoorlijk lucratief:

“In het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden was de opiumpacht op Java voor de Oost-Indische regering een belangrijke bron van inkomsten. In 1826 besliste koning Willem I dat de twee jaar eerder opgerichte Nederlandsche Handel-Maatschappij met ingang van 1 januari 1827 voor drie jaar het monopolie op de verkoop van opium voor Java en Madoera kreeg. Koning Willem I gaf als leider van de Nederlandse regering het opiummonopolie aan de NHM, waarvan hij als privépersoon hoofdaandeelhouder was.” (142)

Tegenstemmen tegen de roofstaat

Laurens Reael
Laurens Reael
Ten slotte nog twee fragmenten over de tegenstemmen die klonken ten aanzien van de koloniale uitbuiting. In Indië liet in de zeventiende eeuw de Amsterdam VOC-handelaar Laurens Reael (1583-1637). die op 25-jarige leeftijd gepromoveerd was in de rechten, een tegengeluid horen. Het beviel Reael totaal niet hoe de Nederlanders omgingen met de Molukkers:

“Anders dan Jan Pieterszoon Coen maakte Reael zich ernstig zorgen over de bevolking van de Molukken (…). Reael en zijn medestander Steven van der Haeghen schreven herhaaldelijk aan de VOC-directie in Amsterdam over het gewetenloze optreden jegens de Molukse bevolking. (…) Reael kreeg op zijn klachten slechts vrome antwoorden.” (208-210)

Roofstaat compact
Roofstaat compact
In het laatste hoofdstuk laat Vanvugt zien dat de koloniale propaganda die de Nederlandse regering tot halverwege de twintigste eeuw voerde, misleidend was en leidde tot een algehele onderschatting van het groeiende verzet onder de Indonesische bevolking. De toon van de eenzijdige boodschap en daaraan verbonden activiteiten en invented traditions was dat het kolonialisme zo slecht nog niet was voor de autochtone bevolking van Nederlands-Indië:

“Medaille-uitreikingen, prijstoekenningen, parades, galabanketten, monumenten, museale uitstallingen, gesponsorde boekuitgaven en andere fanfares en propaganda-instrumenten riepen telkens opnieuw zo’n respectabel beeld op dat de meeste mensen geloofden dat de koloniale ondernemingen veel goeds hadden gebracht aan de mensen overzee.” (229)

Boek: Roofstaat. De zeven grofste misdaden van Nederland overzee

Enne Koops (1978-2023) was historicus en docent geschiedenis en maatschappijleer aan het Rietschans College in Ermelo. Zijn interesse ging uit naar onderwerpen als religie- en cultuurgeschiedenis, oorlogen, migratie, en de geschiedenis van Noord-Amerika, Nederland en Duitsland. Publiceerde vele artikelen op Historiek. Zie ook: In memoriam

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 51.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
×