In de Griekse mythologische verhalen komen geregeld Sirenen voor. Deze halfgodinnen hebben het lichaam van een vogel en het hoofd van een vrouw en proberen hun toehoorders te verleiden met hun stem.
Bekend is bijvoorbeeld het verhaal van Odysseus die volgens Homerus tijdens zijn terugtocht naar Ithaca aan de Sirenen ontsnapte. De roep van de Sirenen was zo indringend, dat Odysseus op advies van de tovenares Circe de oren van zijn bemanning vulde met was om zo aan hen te ontsnappen. Zelf wilde Odysseus alles horen en daarom liet hij zich vastbinden aan de mast. Hij gaf hierna opdracht aan zijn mannen hem onder geen beding los te maken. Toen de vastgebonden Odysseus de Sirenen hoorde, probeerde hij zich uit alle macht los te maken. Zijn mannen, die vanwege de was in de oren niets hoorden, trokken de touwen hierop echter alleen maar strakker aan. Toen het schip van Odysseus de Sirenen eenmaal gepasseerd was, stortten de halfgodinnen zich uit woede in het water, waarna ze verdronken.
Volgens een ander verhaal namen de Sirenen het tijdens een zangwedstrijd ooit op tegen de Muzen. Nadat de Muzen gewonnen hadden, werden bij de Sirenen als straf de veren uitgetrokken, waardoor ze in zee storten en verdronken. Dit alles gebeurde bij de stad Aptera, wat ‘zonder vleugels’ betekent.
De halfgodinnen waren de dochters van zeegod Phorcys en het zeemonster Ceto. Ook de stroomgod Acheloüs en Sterope worden wel eens als verwekkers genoemd.
Bekende Sirenen zijn bijvoorbeeld Parthenope, Ligeia, en Leucosia.
Overzichtspagina: Griekse mythologie