Aankomende vrijdag opent Stedelijk Museum Alkmaar een nieuwe zaal die is gewijd aan de Bergense School en Charley Toorop.
De collectie Bergense School van Stedelijk Museum Alkmaar toont een dwarsdoorsnede van het Noord-Hollands expressionisme in de periode 1900 tot 1955. De collectie bevat odner meer werken van kunstenaars als Leo Gestel, Dirk Filarski, Gerrit van Blaaderen, Arnout Colnot, Piet en Matthieu Wiegman en Charley Toorop.
In de nieuwe zaal zijn hoogtepunten uit de collectie van het museum én belangrijke aanwinsten uit de afgelopen jaren te bewonderen. Het museum:
Uiteraard ontbreken de publiekslievelingen – zoals De kaasdragers van Charley Toorop en De Zwarte Schuur van Gerrit van Blaaderen niet. Portretten, stillevens, landschappen en reisimpressies geven een prachtig tijdsbeeld en laten de invloed zien van schilders als Vincent van Gogh, Paul Cézanne en Henri Le Fauconnier.
Bergense school
Na de Eerste Wereldoorlog ontwikkelden schilders in Noord-Holland een zwaar aangezet, donker expressionisme. Ze maakten landschappen, stillevens en portretten, opgebouwd uit hoekige en ronde kleurvlakken. Veel van hen verbleven in Bergen, daarom wordt wel van de ‘Bergense School’ gesproken. De kunstenaars legden markante plekken vast, zoals de zeventiende-eeuwse buitenplaats ‘Het Oude Hof’ in Bergen.
Charley Toorop
In de nieuwe zaal is een aparte plek gecreëerd voor het werk van Charley Toorop, dochter van kunstschilder Jan Toorop. Zij vormde zichzelf door haar vele reizen en internationale contacten. Haar huwelijk bracht haar naar Bergen. Toorops vroege werk vertoont overeenkomsten met de Bergense School, maar begin jaren dertig ontwikkelde ze een heel eigen, krachtige en juist realistische stijl.
Opmerkelijk zijn de grote, starende ogen in haar portretten. In 1954-1955 schilderde ze haar laatste zelfportret. Ze stierf in 1955, niet lang na het voltooien van het werk.