In 2006 ontdekte de Britse assistent-professor geschiedenis G.H. Bennett een bijzondere filmopname die in het bezit gekomen was van een filmarchief in Plymouth. De film is onderdeel van een collectie van een amateurfilmer uit Cullompton in Devon. Het liefst hield die zich bezig met het filmen van het platteland van Devon, lokale festiviteiten en familie-uitjes. Eén film verschilt van de rest. De opname is duidelijk niet door de Engelsman gemaakt. Het landschap contrasteert met dat van Devon: te zien zijn uitgestrekte landbouwgronden, zonnebloemvelden, gebouwen in een opvallende bouwstijl en een brede rivier. Maar het zijn vooral de personen in de film die opvallen: Duitse officieren en Russische krijgsgevangenen. De opname is onmiskenbaar gemaakt tijdens de Tweede Wereldoorlog buiten Engeland.
Bennett raakte geïntrigeerd door de film, met name door een persoon die op veel van de beelden te zien is. Het gaat om een dikke Duitse officier, door Bennett “The Fat Man” genoemd. Gezien zijn arrogante houding en de onderdanigheid van de personen om hem heen, is hij duidelijk een belangrijk persoon. Zijn uniform verraadt dat het gaat om een politieofficier met de rang van Oberstleutnant (luitenant-kolonel). Wegwijzers tonen aan dat de opnamen in Oekraïne gemaakt zijn. Met deze gegevens begon Bennett zijn zoektocht naar de identiteit van de politieman en naar de achtergronden van de film. In zijn boek neemt hij de lezer mee tijdens zijn onderzoek dat algauw vruchten afwierp. Niet alleen weet hij de identiteit van de man te achterhalen, maar ook van de andere officieren en de filmers vindt hij de namen.
Met het achterhalen van de identiteit van de politieleider stuit de schrijver op een voor hem onbekende geschiedenis, namelijk die van de Durchgangstrasse IV, ook wel “de SS-weg” genoemd. Omdat het Duitse invasieleger in de herfst van 1941 vastliep in modderige Oekraïense wegen, werd besloten een verharde weg aan te leggen door Oekraïne naar de Kaukasus. Zo werd het de Wehrmacht gemakkelijker gemaakt de gewenste Lebensraum in het Oosten te veroveren. De weg zou meer dan 2.000 kilometer lang moeten worden. Het meeste werk werd verricht door dwangarbeiders, waaronder Russische krijgsgevangenen en Joden. Terwijl de nazi-bouwonderneming Organisation Todt en Duitse particuliere bouwondernemingen verantwoordelijk waren voor de uitvoering, was het toezicht en de levering van dwangarbeiders de verantwoordelijkheid van de SS en de Duitse politie. Een belangrijke rol binnen deze organisatie was weggelegd voor “The Fat Man”.
Hoewel de politieman na de oorlog ontkende hiervan iets geweten te hebben, stierven tienduizenden dwangarbeiders tijdens de aanleg van de weg. Een Duitse rechtbank schatte na de oorlog dat 25.000 Joodse wegwerkers werden geëxecuteerd. Ze waren voor de aanleg van de weg niet langer van nut, omdat ze uitgeput en ziek waren. Er was sprake van “Vernichtung durch Arbeit”, uitroeiing door middel van zware arbeid. Bennett geeft in zijn boek speciale aandacht aan het lot van de slachtoffers. Hij weet een schokkend beeld van de arbeidsomstandigheden te schetsen aan de hand van het verslag van een overlevende, de Roemeens-Joodse kunstschilder Arnold Daghani. Met zijn vrouw werd hij in 1942 gevangen gezet in het werkkamp Mikhailowka in Oekraïne en tewerkgesteld aan de SS-weg. Gedurende die tijd hield hij een dagboek bij, dat na de oorlog gepubliceerd werd en voor Bennett een bruikbare bron was.
Bennetts onderzoek vond niet enkel plaats vanachter een bureau en in archieven. Hij reisde ook naar Oekraïne om daar een traject van de toenmalige Durchgangstrasse IV te volgen. In het armoedige gebied is weinig veranderd ten opzichte van de tijd waarin de film opgenomen werd. Zijn onderzoek bracht hem ook in Duitsland, waar hij op zoek gaat naar de naoorlogse verblijfplaats van de politiechef en zijn laatste rustplaats. Na de oorlog werd de man vervolgd voor misdaden die hij had gepleegd tijdens de aanleg van de SS-weg, maar hij bleef onbestraft. De schrijver wil de man niet postuum in een kwaad daglicht stellen, maar wel recht doen aan de verantwoordelijkheid die hij droeg voor de misdaden bij de aanleg van de weg, waarvoor hij nooit heeft hoeven boeten.
Alles bij elkaar is dit boek veel meer dan een onderzoek naar de film. Het is het verhaal van de voor velen onbekende geschiedenis van de Durchgangstrasse IV en dat van twee betrokkenen, een Duitse dader en een Joods slachtoffer. Doordat de schrijver stapsgewijs onthult welke ontdekkingen hij deed tijdens zijn studie naar de film en zijn hoofdpersoon, heeft hij spanning in het boek weten te brengen. Hoe de film in Engeland terecht is gekomen blijft helaas onopgehelderd, maar verder weet Bennett vrijwel alle belangrijke informatie te achterhalen. Zijn doortastendheid in combinatie met zijn objectiviteit maken dit een fascinerend en tegelijkertijd goed onderbouwd boek dat licht werpt op een weinig bekend onderdeel van de Holocaust. Vooralsnog is het enkel in het Engels gepubliceerd.
~ STIWOT – Kevin Prenger