Warenhuis de Bijenkorf, een lange geschiedenis

3 minuten leestijd
Bijenkorf in Amsterdam
Bijenkorf in Amsterdam

De geschiedenis van het Nederlandse warenhuis De Bijenkorf begint in 1870. De Joodse ondernemer Simon Philip Goudsmit opent dan aan de Amsterdamse Nieuwendijk 132 zijn Magazijn de Bijenkorf.

Bijenkorf aan de Nieuwendijk 132 - Foto: debijenkorf.nl
Bijenkorf aan de Nieuwendijk 132 – Foto: debijenkorf.nl
Aanvankelijk worden hier alleen garen en band verkocht maar al snel wordt het assortiment uitgebreid. De eenvoudige winkel heeft dan nog maar vier man personeel en het gezin Goudsmit woont boven de winkel. Als Goudsmit in 1889 op slechts 44-jarige leeftijd aan een ernstige ziekte overlijdt, wordt de kleine fourniturenwinkel door zijn neef Arthur Isaac overgenomen. Hij wordt ondersteund door de weduwe Goudsmit en haar zoon Alfred gaat als hij oud genoeg is ook in de winkel werken.

In 1914 wordt aan de Dam uiteindelijk het beroemde nog altijd bestaande warenhuis geopend. Het pand is ontworpen door architect J.A van Straaten. Door de Eerste Wereldoorlog heeft de zaak het aanvankelijk moeilijk waardoor de vestiging aan de Dam niet in één keer kan worden afgebouwd. Pas in 1915 is de Bijenkorf volop in bedrijf.

HEMA

De zaken gaan goed en in 1923 besluit de Bijenkorf-directie een bouwterrein aan de Grote Marktstraat in Den Haag te kopen. Hier wordt een nieuwe vestiging gebouwd, ontworpen door architect Piet Kramer. Drie jaar later opent het nieuwe filiaal de deuren. Het jaar 1926 is ook het jaar waarin dochtermaatschappij HEMA (Hollandsche Eenheidsprijzen Maatschappij Amsterdam) in de Kalverstraat haar deuren opent. Met dit nieuwe bedrijf hoopt de directie ook de wat minder rijke Nederlanders te kunnen bedienen.

Plaquette in de Bijenkorf die herinnert aan de medewerkers van de Bijenkorf die slachtoffer werden van oorlogshandelingen in de Tweede Wereldoorlog - Foto: tracesofwar.com
Plaquette in de Bijenkorf die herinnert aan de medewerkers van de Bijenkorf die slachtoffer werden van oorlogshandelingen in de Tweede Wereldoorlog – Foto: tracesofwar.com
Met tegenslagen krijgt de Bijenkorf ook te kampen. Een nieuwe vestiging aan de Schiedamse singel in Rotterdam, ontworpen door Willem Dudok en ook wel het ‘glazen paleis’ genoemd, loopt tijdens de bombardementen in de Tweede Wereldoorlog zoveel schade op dat er een nieuwe vestiging moet worden gebouwd. Dat nieuwe pand opent de deuren uiteindelijk in 1957. De Tweede Wereldoorlog was sowieso een moeilijke periode. Als Joods bedrijf moest de Bijenkorf om voort te blijven bestaan, overgedragen worden aan niet-Joodse vertrouwelingen. De leiding van het bedrijf wist te vluchten, samen met een deel van het personeel. Veel personeelsleden weten echter niet te vluchten en worden door de nazi’s gedood. Een plaquette in de Bijenkorf-vestiging in Amsterdam herinnert hier aan die geschiedenis.

Na de oorlog groeit de HEMA uit tot een van de belangrijkste winkelketens van Nederland. Ook warenhuis de Bijenkorf blijft het echter goed doen. In 1969 wordt in Eindhoven een vestiging geopend. Het is het eerste filiaal buiten de randstad. In 1975 volgt Arnhem en in 1987 Utrecht.

Opening van het filiaal in Den Haag, 1926

Drie Dwaze Dagen

Drie Dwaze Dagen - Foto: debijenkorf.nl
Drie Dwaze Dagen – Foto: debijenkorf.nl
Wie tegenwoordig aan de Bijenkorf denkt, denkt al snel aan de Drie Dwaze Dagen. Deze actie werd in 1984 gelanceerd, toen het land met een economische crisis te kampen had. Drie dagen lang biedt de Bijenkorf speciaal voor de actie ingekochte goederen, tegen een (dwaas) lage prijzen aan. Vandaag de dag is de actie nog altijd zeer populair.

In 2004 werd De Bijenkorf overgenomen door het Amerikaanse concern Kohlberg Kravis Roberts & Co. en het Nederlandse AlpInvest Partners.

Augustus 2013 maakt het bedrijf bekend vijf van de inmiddels twaalf filialen te sluiten. De filialen in Arnhem, Breda, Den Bosch, Enschede en Groningen gaan dicht omdat ze volgens de directie “niet voldoen aan een combinatie van factoren, zoals de winkel zelf, de locatie en het verzorgingsgebied”. De Bijenkorf wil in de resterende filialen gaan investeren. Deze vestigingen moeten op zogenaamd “flagship store niveau” worden gebracht. De uitstraling van de filialen moet verbeterd worden en het merkenportfolio wordt uitgebreid met “nieuwe en onderscheidende merken”.

0
Reageren?x
×