Over het weer raakt de mens niet uitgesproken. Niet zo verwonderlijk dus dat onze taal veel spreuken en uitdrukkingen met verwijzingen naar het weer bevat. Een beknopt lijstje met enkele oude weerspreuken voor de maand november, vroeger ook wel aangeduid als de slachtmaand, zieltjesmaand of jachtmaand.
- Als ’t in november ’s morgens bloeit, wis dat de storm ’s avonds loeit.
- Houden de kraaien voor Allerheiligen al school, zorg dan voor hout en kool.
- Als het vriest in november, dan volgt er sneeuw in december.
- Met Allerheiligen vochtig weer, sneeuwbuien volgen keer op keer.
- November met zijn regenvlagen, brengt verkoudheid, jicht en andere plagen
- Wie houdt van wind, november bemint.
- Zwaait de winter in november al met zijn staf, zijn rijk is van korte duur voor straf.
- November warm en fijn, het zal een strenge winter zijn.
- Nevels in Sint Maartensnacht, brengen winters kort en zacht.
- Als op Sint Maarten de ganzen op ’t ijs staan, moeten ze met Kerstmis door ’t slijk gaan.
- November heeft maar dertig dagen, maar dubbel zoveel wind en regenvlagen.
- Als in november het water stijgt, gedurende de winter gij ’t nog vaker krijgt.
Schrijvers- en mannenmaand
November komt van het Latijnse novem, wat negen betekent. In de oude Romeinse kalender was november namelijk de negende maand. In sommige landen staat de maand vandaag de dag ook bekend als National Novel Writing Month, waarin schrijvers proberen in één maand een roman te voltooien of in ieder geval 50.000 woorden te schrijven.
Sinds enkele jaren laten sommige mannen in deze maand verder hun snor staan om aandacht te vragen voor de gezondheid van mannen, zoals prostaatkanker en geestelijke gezondheid. De maand wordt door deelnemers Movember genoemd, een samenvoeging van ‘moustache’ (snor) en ‘November’.