Wat is het verband tussen de huismus en de Tambora vulkaanuitbarsting? Welk verhaal schuilt er achter de badsteden Oostende in België en Ostend in Argentinië? Wat leert de ‘cattle frontier’ in Madagascar ons over de mondiale veeteelt? Hoe gingen in het verleden mensen om met klimaatverandering en migratie? Het zijn enkele van de vragen die beantwoord worden in het boek Energie, Emigratie en Ecologie. Een bundel essays over wereldgeschiedenis waar een dozijn historici uit binnen- en buitenland aan meewerkten.
Vertrekkend vanuit anekdotische verhalen behandelt het boek de drie grote thema’s uit de titel: energie, emigratie en ecologie. Daarbij worden soms verbazingwekkende verbanden gelegd tussen gebeurtenissen die ogenschijnlijk niks met elkaar te maken hebben maar wel inzicht geven in wereldhistorische verschuivingen die ons vandaag voor urgente uitdagingen stellen.
De mus en de vulkaan
Een mooi voorbeeld is het verhaal van de mussengilden in West-Vlaanderen en de uitbarsting van de Tambora-vulkaan. Begin negentiende eeuw bestonden er in onze contreien verschillende ‘confreriën van musseschieters’, de zogenaamde mussengilden die zich toelegden op de ‘weering van het schadelijk gevogelte der musschen’ of vernietiging van de ‘schadelijke huismus’. In de Lage Landen waren deze mussengilden vooral te vinden in Noord-Brabant, Zeeland, West-Vlaanderen en Antwerpen.
Die vreemde vorm van vervlogen folklore wordt door historicus Thijs Lambrecht in een bredere context geplaatst waarbij hij verrassende verbanden blootlegt. Op 10 april 1815 kwam op het Indonesische eiland Sumbawa de vulkaan Tambora tot ontploffing. Eén van de krachtigste vulkaanuitbarstingen ooit gemeten. De effecten waren wereldwijd merkbaar. In Europa vertaalde zich dat in sombere zomers met uitzonderlijk veel regenval in de jaren 1816 en 1817. Graanoogsten mislukten en voedselprijzen stegen.
Er werd al snel een zondebok gezocht. Die diende zich aan in de vorm van de huismus die zich graag tegoed deed aan het schaarse graan. De huismus kreeg de reputatie een der schadelijkste diersoorten van de zuidelijke Nederlanden te zijn. Meteen werd het startsein gegeven voor de oprichting van mussengilden.
Historicus Lambrecht graaft dieper in het onderwerp en ziet de mussengilden eerder als een poging van dorpselites om onbehagen over groeiende voedselonzekerheid te capteren en te kanaliseren. Dergelijke zondebokmechanismen komen ook nu nog voor in klimaatdiscussies, aldus de auteur. Zo werd bij de desastreuze overstroming van de Vesder rivier in Wallonië (juli 2021) zowaar de dammen bouwende bever als boosdoener gebrandmerkt. Of nog recenter, de wijze waarop boze boeren hun woede richtten op natuurbeschermers. Het toont aan dat lokale gevolgen van globale klimaatverandering, vroeger zowel als nu, de perceptie en behandeling van dieren én mensen beïnvloeden.
Klimaat en energie
De klimaatproblematiek duikt ook op in de essays over het platteland en de rol van landbouw en veeteelt. Zo analyseert historicus Samuel Coghe de moderne mondiale veeteelt aan de hand van de ‘cattle frontier’ in Madagascar. Begin twintigste eeuw kende de veeteelt daar een stevige groei, gestimuleerd door de ontwikkeling van een mondiale vleesmarkt. Dat het uiteindelijk niet lukte had meer te maken met kapitalistische overexploitatie en koloniale uitbuiting dan met onkunde van de lokale veetelers.
Een ander hoofdstuk vertelt het verhaal van de verstedelijking vanuit het perspectief van de boeren in respectievelijk Gent en Bogota en hoe hun controle over hun grond onder druk kwam te staan. Onze grenzeloze consumptiedrang en de gevolgen daarvan worden dan weer vanuit mondiaal perspectief bekeken in het essay ‘Kapitalisme: 6 eeuwen massaconsumptie’. Verrassend is de bijdrage over energietransitie waarin gestart wordt met een nieuwsbericht uit 1953 over een gigantische parabolische spiegel in de Franse Pyreneeën om zonne-energie te capteren. Energietransitie blijkt van alle tijden te zijn zo blijkt en kent een lange voorgeschiedenis van symbiose en wisselwerking met fossiele brandstoffen.
Migratie en toerisme
Migratie, een andere rode draad door de geschiedenis, wordt belicht door het Belgische migratiebeleid van de voorbije eeuw tot nu te ontrafelen en in een globaal perspectief te plaatsen. Daarnaast komen twee van de grootste stromen van arbeidsmigraties in de twintigste eeuw aan bod: het Bracero-programma tussen de Verenigde Staten en Mexico enerzijds en de Italiaanse Gastarbeiter in Duitsland anderzijds. Tot slot wordt het toerisme, een vaak vergeten thema in de geschiedschrijving, bekeken aan de hand van het massatoerisme in Oostende en het door Belgen in de negentiende eeuw gestichte Ostend in Argentinië.
Het mag duidelijk zijn dat Energie, Emigratie en Ecologie heel wat verrassende invalshoeken in petto heeft. De historiek van actuele thema’s wordt daarbij in mondiaal perspectief geplaatst. Dat is in onze huidige tijd nuttiger dan ooit stellen historici Hanne Cottyn en Robrecht Declercq – de samenstellers van deze bundel – in hun inleiding. Zij dragen het boek op aan hun mentor, historicus en professor emeritus Eric Vanhaute die in zijn bijdrage een warm pleidooi houdt voor wereldgeschiedenis als een vernieuwende manier om naar het verleden te kijken. Digitalisering en internationalisering van onze samenleving bieden daarbij extra kansen voor een mondiale interpretatie van structuren en maatschappelijke processen. Wereldgeschiedenis kan worden vertaald in begeesterende, concrete verhalen over menselijke gemeenschappen in diverse tijden en plaatsen, aldus de auteur.
Wereldgeschiedenis is een huis met vele kamers, zoveel is duidelijk. Toch is het boek niet meteen een pageturner. Niet alle dertien essays, telkens van verschillende auteurs, zijn even vlot verteerbaar voor de niet academisch geschoolde lezer. Toch werpen ze door de diversiteit van onderwerpen en het mondiaal perspectief een verrassend nieuw licht op belangrijke thema’s in de wereldgeschiedenis. Hoe dan ook worden ramen en deuren van de traditionele geschiedkunde opengegooid. Een aanpak die aanzet tot nadenken en dat moet een goed geschiedenisboek uiteindelijk doen.