Zowel in het Bosnische plaatsje Potocari vlakbij Srebrenica als in Den Haag is donderdag stilgestaan bij het bloedbad dat volgde op de val van Srebrenica op 11 juli 1995.
Het Bosnisch-Servische leger onder leiding van Ratko Mladic liep Srebrenica achttien jaar geleden onder de voet. Het Nederlandse VN-bataljon Dutchbat dat aanwezig was in Srebrenica kon de hierop volgende genocide niet voorkomen.
Naar schatting achtduizend moslimmannen en -jongens werden na de val van de moslimenclave om het leven gebracht.
De val van Srebrenica is donderdag onder meer in Potocari herdacht. Op de erebegraafplaats in die plaats, vlakbij het voormalige hoofdkwartier van Dutchbat, worden ieder jaar op 11 juli de stoffelijke overschotten begraven van slachtoffers die dat jaar zijn geïdentificeerd. Dit keer werden er 409 onlangs geïdentificeerde slachtoffers herbegraven. De plechtigheid werd bijgewoond door duizenden nabestaanden en veel politici en diplomaten.
Ook op het Plein in Den Haag zijn de slachtoffers van Srebrenica donderdag herdacht.