De Franse staatsman en Nobelprijswinnaar Aristide Briand (1862-1932) was een van de eerste politici die kwam met het idee van een ‘verenigde staten van Europa’.
Aristide Briand werd op 28 maart 1862 geboren in een bourgeois familie in Nantes. Rond zijn vijftiende raakte hij bevriend met Jules Verne, een Fransman die bekend werk met boeken als De reis om de wereld in tachtig dagen en Twintigduizend mijlen onder zee.
Na zijn middelbare schooltijd ging Briand rechten studeren en al snel begon hij zich ook bezig te houden met politiek. In Saint-Nazaire was hij enige tijd advocaat en journalist. Hij schreef onder meer artikelen voor de anarchistische krant Le Peuple. Nadat hij verhuisd was naar Parijs richtte hij in 1904 met Jean Jaurès, leider van de Franse socialisten, de krant L’Humanité, op.
In 1902 werd hij voor het eerst Kamerlid. Het was het begin van een lange en intensieve politieke carrière. In de periode van 1906 tot 1932 bekleedde hij maar liefst vijfentwintig keer de post van minister van Buitenlandse Zaken. Daarnaast was hij tien keer premier.
In de periode 1904-1905 had hij een groot aandeel in de totstandkoming van een wet die leidde tot de scheiding van Kerk en Staat. Een jaar later brak hij met de socialistische partij en werd hij minister van Cultuur. Hij zag zichzelf in die tijd als een republikein-socialist.
Premier
Aristide Briand werd in 1909 voor het eerst premier. In die hoedanigheid onderdrukte hij in 1910 de spoorwegstaking. In 1911 viel het kabinet maar drie jaar later werd Briand opnieuw premier. In die hoedanigheid probeerde hij de dienstplicht in te voeren. Op 22 maart 1913 viel de regering Briand echter al. Dit slechts twee maanden na aantreden. Briand’s opvolger Louis Barthou voerde hierna alsnog de driejarige dienstplicht in.
Op 29 oktober 1915 werd Briand opnieuw premier. De Eerste Wereldoorlog was op dat moment in volle gang. Kritiek op zijn slechte oorlogsbeleid leidde tot de val van het zesde kabinet-Briand (maart 1917).
Na enkele jaren wat minder prominent op het politieke toneel te hebben gefungeerd trad hij vanaf 1921 opnieuw op de voorgrond. In de jaren hierna vertegenwoordigde hij Frankrijk op diverse internationale conferenties en vervulde hij een leidende rol in de Volkenbond, de supranationale organisatie die op 25 januari 1919 was opgericht om ‘een einde aan alle oorlogen’ te maken.
Nobelprijs
Briand zette zich in deze periode in voor een toenadering tussen de oude vijanden Frankrijk en Duitsland. In 1925 werd zijn moeite beloond met het Verdrag van Locarno. In dit verdrag, dat getekend werd op 1 december 1925, werden afspraken gemaakt over de grenzen van onder meer België, Frankrijk, Duitsland en Engeland. Daarnaast zorgde het verdrag ervoor dat toetreding van Duitsland tot de Volkenbond een stuk dichterbij kwam.
Duitsland trad in 1926 inderdaad toe tot de Volkenbond. Hetzelfde jaar ontving Aristide Briand, samen met zijn Duitse collega Gustav Stresemann, de Nobelprijs voor de Vrede.
Briand-Kellogg-verdrag
De Fransman was verder een van de drijvende krachten achter het Briand-Kellogg-Verdrag (ook wel: Pact van Parijs) van 1928. Een verdrag dat gesloten werd door in totaal 23 landen. Deze landen (waaronder Frankrijk, Amerika, Duitsland, Groot-Brittannië, Japan, Polen en België) verklaarden voortaan van oorlog als instrument van nationale politiek af te zien. In de praktijk bleek het verdrag weinig effectief, getuige de inval van Japan in Mantsjoerije (1930) en de inval van Italië in Ethiopië in 1935 die niet voorkomen konden worden. Desalniettemin had het verdrag een mentaliteitsverandering teweeg gebracht. Oorlog werd voortaan door veel meer landen gezien als een ontoelaatbare daad van agressie terwijl oorlog daarvoor vaak werd gezien als het goed recht van een staat.
Vanaf 1929 deed Aristide Briand voorstellen om te komen tot een zogenaamde Verenigde Staten van Europa. Voor dat idee was wel interesse maar al snel bleek dat het voorlopig niet te realiseren was. In 1932 trok hij zich terug uit de politiek. Hetzelfde jaar overleed hij. De Tweede Wereldoorlog die het Europa dat hij zo graag verenigd had gezien verscheurde, maakte hij niet meer mee.