Dark
Light

Bouboulina, heldin van de Onafhankelijkheidsoorlog

Auteur:
4 minuten leestijd
Monument voor Bouboulina in de haven van Spetses - cc
Monument voor Bouboulina in de haven van Spetses - cc

Wie wel eens Griekse drachmen in zijn handen heeft gehad, zal haar portret ongetwijfeld hebben gezien. Laskarina Bouboulina sierde het biljet van 50 drachme uit 1978 en tussen 1988 en 2001 stond haar profiel op de munt van 1 drachme. Maar wie was ze eigenlijk? Op Internationale Vrouwendag duiken we in de geschiedenis van de heldin, die al haar geld spendeerde aan de strijd voor de Griekse onafhankelijkheid.

Schilderij van Bouboulina, Nationaal Historisch museum in Athene
Schilderij van Bouboulina, Nationaal Historisch museum in Athene
De strijdbare Laskarina maakt deel uit van een revolutionair gezin. Haar vader Stavrianos Pinotsis, een kapitein van het eiland Hydra, zit gevangen in Constantinopel vanwege zijn rol bij een mislukte coup tegen het Ottomaanse regime (de Orlof-revolutie). Tijdens één van de gevangenisbezoekjes van zijn vrouw Paraskevo wordt op 11 mei 1771 de kleine Laskarina Pinotsi geboren. Niet veel later overlijdt Stavrianos en Laskarina verhuist met haar moeder terug naar Hydra. Na vier jaar hertrouwt Paraskevo met kapitein Dimitrios Lazarou-Orlof waarna het gezin verhuist naar buureiland Spetses.

De jonge Laskarina heeft een grote liefde voor de zee en schepen. Ze speelt uren aan het strand en luistert naar de verhalen van de zeelieden die praten over een aanstaande revolutie tegen de Turkse bezetters. Laskarina toont al op jonge leeftijd haar sterke – bijna koppige – karakter, moed en daadkracht en is de onbetwiste leider van haar acht halfbroers en -zussen. Als ze zeventien is trouwt ze met Dimitrios Yiannouzas. Samen krijgen ze drie kinderen: Yiannis, Maria en Yiorgos. Negen jaar later wordt Yiannouzas op zee gedood door piraten.

Twee keer weduwe

Op haar dertigste hertrouwt Laskarina met de rijke reder en kapitein Dimitrios Bouboulis, aan wie ze haar beroemde naam Bouboulina te danken heeft. Maar ook hij sneuvelt. In 1811 wordt hij op zee in een hinderlaag gelokt door twee Algerijnse piratenschepen. Laskarina Bouboulina (40 jaar, moeder van zeven kinderen en tweemaal weduwe) vergaart veel geld, schepen en land door de nalatenschap van haar echtgenoten. Ze blijkt een goed zakenvrouw te zijn en slaagt erin haar fortuin verder te vergroten. Laskarina wordt partner in een aantal schepen op Spetses en laat van haar eigen geld vier schepen bouwen. Een daarvan is de beroemde Agamemnon, een enorm schip met 18 kanonnen en het grootste Griekse schip dat in de Onafhankelijkheidsoorlog zal worden gebruikt.

Munt van 1 drachme met portret van Bouboulina
Munt van 1 drachme met portret van Bouboulina
In 1816 proberen de Ottomanen de eigendommen van Bouboulina in beslag te nemen omdat haar tweede echtgenoot had gevochten voor de Russen in de Turks-Russische oorlog. Bouboulina gaat naar Constantinopel om bescherming te vragen aan de Russische ambassadeur, graaf Stroganov. Hij laat haar onderduiken in De Krim. Als ze na drie maanden zeker is dat haar bezittingen met rust zullen worden gelaten door de Ottomaanse sultan, keert Bouboulina weer terug naar Spetses.

Onafhankelijkheidsbeweging

Twee jaar later wordt Bouboulina als enige vrouw lid van Filiki Etaireia, een ondergrondse beweging die zich voorbereidt op de revolutie. Van haar eigen geld koopt ze wapens en munitie en brengt die in het geheim met haar schepen naar Spetses. Ook organiseert ze haar eigen gewapende troepen. Het grootste deel van haar fortuin geeft Bouboulina uit aan voedsel en munitie voor de matrozen en soldaten onder haar commando.

Op 13 maart 1821, twaalf dagen voor de officiële start van de Griekse Onafhankelijkheidsoorlog, hijst Bouboulina als eerste haar eigen revolutionaire vlag: een adelaar met een anker aan zijn ene poot en een feniks die uit het vuur herrijst aan de andere. Het symboliseert de wedergeboorte van de natie door de hulp van de zeemacht. Bouboulina vertrekt met acht schepen naar Nafplion voor een zeeblokkade tegen de Turken. Ze voert daar het bevel over de Griekse vloot. Later sluit ze zich ook aan bij blokkades bij Monemvasia en Pylos. In de oorlog verliest ze haar oudste zoon Yiannis Yiannouzas.

In september 1821 is Bouboulina getuige van de val van Tripolis (de Turkse hoofdstad op de Peloponnesos) en de oprichting van een nieuwe Griekse staat. Tijdens de daaropvolgende nederlaag van het Ottomaanse garnizoen redt ze het grootste deel van de vrouwelijke leden van het huishouden van de sultan.

Berooid en verbitterd

Bouboulina wordt tijdens de Griekse burgeroorlog in 1824 twee keer gearresteerd vanwege haar familieband met Theodoros Kolokotronis, een generaal en vooraanstaand leider van de Griekse Onafhankelijkheidsoorlog. Bouboulina’s dochter Eleni is met zijn zoon Panos getrouwd. Kolokotronis wordt gevangen gezet en haar schoonzoon wordt vermoord. Bouboulina keert terug naar Spetses; berooid omdat al haar geld op is gegaan aan de strijd voor de Griekse onafhankelijkheid en verbitterd omdat de vrijheidsstrijd anders uitpakt dan gehoopt. De eenheid in Griekenland is ver te zoeken.

Op 22 mei 1825 komt Bouboulina op zeer onfortuinlijke manier aan haar eind. Haar zoon Yiorgos Yiannouzas is weggelopen met een dochter van Christodoulos Koutsis. Vader Koutsis gaat met enkele gewapende familieleden naar het huis van Bouboulina om zijn dochter te zoeken. Bouboulina staat op het balkon en maakt ruzie met Koutsis. Een van de familieleden lost een schot en Bouboulina wordt geraakt in haar voorhoofd. Ze is op slag dood.

Standbeeld van Bouboulina in de haven van Spetses
Standbeeld van Bouboulina in de haven van Spetses

Postuum eerbetoon

De Russische marine kent Bouboulina als eerste vrouw postuum de rang van admiraal toe. In Griekenland en Cyprus zijn veel straten naar haar vernoemd, als teken van bewondering die de Grieken voor haar voelen.

Het avontuurlijke leven van Bouboulina inspireerde waarschijnlijk de Franse auteur Jules Verne bij het schrijven van zijn boek De archipel in vuur en vlam (1884). Het voormalige woonhuis van Bouboulina en haar tweede echtgenoot op Spetses is sinds 1991 een museum, opgericht door Philip Demertzis-Bouboulis. In de haven van het eiland staat een standbeeld van de Griekse heldin.

~ Natascha NeefParakalo

Gratis nieuwsbrief

Meld u aan voor onze wekelijkse nieuwsbrief (51.365 actieve abonnees)


Ruim 51.000 geschiedenisliefhebbers ontvangen wekelijks onze gratis nieuwsbrief.

Meld u ook aan

×