Israëlische archeologen hebben bij de resten van de oude stad Hazor een deel van een Egyptische sfinx gevonden. De Hebreeuwse universiteit van Jeruzalem heeft dat bekendgemaakt.
De vondst werd gedaan in het Tel Hazor National Park, ten noorden van het Meer van Galilea. Hier wordt al langer archeologisch onderzoek verricht. Op deze locatie bevond zich vroeger de stad Hazor die ook lange tijd in handen was van de Egyptenaren.
Farao Menkaura
De archeologen vonden alleen de voeten van de sfinx. Na bestudering van de hiërogliefen op dit deel van het beeld concluderen de archeologen dat het beeld dateert uit de tijd van farao Menkaura. Over het leven van deze farao is niet heel veel bekend. Hij was de zoon van farao Cheops en regeerde ongeveer van 2539 tot 2511 voor Christus. Hij is vooral bekend omdat hij de derde grote piramide in Gizeh liet bouwen. De grootste en bekendste sfinx ter wereld staat daar ook.
Volgens de Hebreeuwse universiteit van Jeruzalem is het voor het eerst dat er buiten Israël een deel van een sfinx is gevonden. De onderzoekers vermoeden dat het beeld ooit in Heliopolis stond. Dit was in het Oude Egypte een belangrijk religieus centrum. Waarschijnlijk werd de sfinx gedurende de regering van Menkaura naar Hazor gebracht. Een andere mogelijkheid is dat de sfinx tussen de vijftiende en dertiende eeuw voor Christus in de stad arriveerde. Kanaän, een gebied waar Hazor onderdeel van uitmaakte, was toen in handen van de Egyptenaren.
