In de reeks Professor Kleinbrein – een serie verhelderende en humoristische geschiedenisboekjes voor kinderen van circa 8-15 jaar – is weer een nieuwe deeltje verschenen: Wonderlijke weetjes en feitjes over de Egyptenaren (Uitgeverij Lannoo, 2017). Opnieuw neemt Professor Kleinbrein de jeugd mee op reis, nu naar het oude Egypte.
Eerder verschenen leuke en leerzame deeltjes over de de Romeinen over de Ridders. Net als deze eerdere delen is Egyptenaren een boekje vol humor, met mooie platen en tekeningen, en staat het vol met leuke wetenswaardigheden die kinderen zeker zullen aanspreken.
Centrale thema’s
De centrale thema’s uit de geschiedenis van Egypte passeren allemaal de revue. Zoals opmerkelijke farao’s – onder wie Toetanchamon en Ramses II -, hun religie, de functie van de Nijl, de bouw van piramides en allerlei wetenswaardigheden over het hiërogliefenschrift.
Het boekje vangt aan met de periode rond 3000 v.Chr., toen de ’topjaren van de Egyptenaren’ begonnen met de Vroegdynastieke periode (300-2700 v.Chr.). Hierop volgden, onderbroken door tussenperioden, de fases van het Oude Rijk (2700-2200 v.Chr.), Middenrijk (2000-1800 v.Chr.), Nieuwe Rijk (1550-1050 v.Chr.) en de zogenoemde Late Periode (750-30 v.Chr.).
Van grafheuvel, via mastaba, naar piramide
De piramiden van de Egyptenaren kwamen als architectonische hoogstandjes natuurlijk niet zomaar uit de lucht vallen. Net als bijvoorbeeld de bouwers van hunebedden in Noord-West Europa, gebruikten de mensen in de Prehistorie ook grafheuvels om hun doden te begraven. Aanvankelijk gebeurde dat in Egypte ook.
Na de grafheuvels kwam de zogeheten mastaba, een voorloper van de piramide:
“Dat lijkt wel een piramide waar iemand met een zwaard het bovenste deel heeft afgehakt. In het deel boven de grond (dat nu meestal verdwenen is), brachten de Egyptenaren elke dag offers aan hun farao en de goden. De farao lag begraven in het onderste deel van de mastaba, diep onder de grond.” (28,29)
De piramides werden hierna steeds groter, indrukwekkender en ontwikkelden zich tot zogenoemde ’trappiramides’ (zoals de piramide van Djoser), daarna tot ‘knikpiramides’ en uiteindelijk tot de piramides uit het Oude Rijk zoals wij die tegenwoordig vooral kennen. Een leuk weetje in dit hoofdstuk is nog het feit dat ook elders op de wereld piramides voorkwamen: in Mexico, Soedan en ook in China.
Enkele andere onderwerpen over de Egyptenaren
Natuurlijk lezen we over de Steen van Rosetta, waarmee de onderzoeker Jaan-Francois Champollion in september 1822 het Egyptische hiërogliefenschrift ontcijferde. Het Egyptische cijfersysteem, waarmee je eenvoudiger kon rekenen dan met onze huidige getallen, komt ook aan bod.
Tot het begin van het Nieuwe Rijk (rond 1550 v.Chr.) bestond er in Egypte dienstplicht, zo leert de jeugdige lezer. Wie zich een dappere soldaat betoonde, ontving van de legerleiding een ‘Gouden Vlieg van Dapperheid’:
‘Jek, vliegen’, denk je misschien, maar in het oude Egypte stonden deze beestjes symbool voor moed en kracht. (139,140)
In 30 v.Chr. veroverden de Romeinen Egypte en viel het doek voor dit millennia-oude rijk. Natuurlijk gaat de auteur hier in op hoofdrolspelers als Julius Caesar en zijn geliefde Cleopatra, en op keizer Augustus.
Interessant is dat het laatste hoofdstuk van dit boek de lezers informeert over de archeologie in Egypte. Deze nam met name een hoge vlucht na de inval van Napoleon Bonaparte in 1798. Na die tijd begonnen de Europeanen de geschiedenis van Egypte pas echt te herontdekken.
Boek: Professor Kleinbrein. De Egyptenaren – Sarah Devos
Meer Egypte