In de aanloop naar zijn 89e geboortedag, aankomende zondag, is vrijdag in het herinneringscentrum van concentratiekamp Mauthausen (Oostenrijk) een plaquette onthuld ter nagedachtenis van Peter van Pels. Hij was een van de acht onderduikers van het Achterhuis en bekend uit Anne Franks dagboek.
Het was de droom van Peter van Pels om na de oorlog naar Nederlands-Indië te gaan en daar op de plantages te leven, schreef Anne. Alles liep heel anders. Peter van Pels overleed op 10 mei 1945 in concentratiekamp Mauthausen, vijf dagen nadat het kamp was bevrijd. Hij werd slechts 18 jaar oud.
Peter van Pels werd geboren op 8 november 1926 in Osnabrück (Duitsland) als enig kind van Hermann van Pels en Auguste van Pels-Röttgen. In 1937 vluchtte Peter met zijn ouders uit nazi-Duitsland naar Amsterdam. Het was voor joden gevaarlijk in Duitsland. Vijf jaar later was het ook in Nederland voor joden niet langer veilig.
In 1942 dook de familie Van Pels onder in het Achterhuis aan de Prinsengracht 263, samen met de familie Frank en Fritz Pfeffer. Peters vader werkte in het bedrijf van Otto Frank, de vader van Anne Frank. Anne schreef vaak over Peter in haar dagboek, ze noemde hem Peter van Daan. Aanvankelijk vond Anne de ruim twee jaar oudere Peter een ‘saaie en verlegen slungel’, maar later werden zij en Peter goede vrienden en bloeide er een korte verliefdheid tussen hen op. Anne schrijft op 19 mei 1944 in haar dagboek:
“Ik sta na m’n moeizame verovering een beetje boven de situatie, maar je mag niet denken, dat m’n liefde verflauwd is. Hij is een schat, maar m’n innerlijk heb ik gauw weer dichtgesloten.”
Na de arrestatie op 4 augustus 1944 werden de acht onderduikers van het Achterhuis via doorgangskamp Westerbork naar Auschwitz gedeporteerd. Peter zag daar hoe zijn vader in oktober na een selectie naar de gaskamer werd afgevoerd. Otto Frank, die als enige overlevende van de acht onderduikers van het Achterhuis de oorlog overleefde, zou later verklaren dat Peter hem tot grote steun in Auschwitz was. Toen het Sovjetleger naderde en Auschwitz werd ontruimd, ging Peter mee op een van de zogenaamde Dodenmarsen. Otto bleef achter in de ziekenbarak.
Op 25 januari 1945 kwam Peter in Mauthausen aan en verrichtte hij dwangarbeid voor de aanleg van een ondergrondse fabriek. De leef- en arbeidsomstandigheden waren zeer zwaar en het sterftecijfer lag hoog. Op een lijst opgemaakt door het Amerikaanse leger staat dat Peter van Pels op 10 mei 1945 in Mauthausen overleed, vijf dagen na de bevrijding van het kamp.