De Hanze was een officieus handelsverbond uit de late Middeleeuwen. Aanvankelijk gesloten tussen kooplieden en vanaf 1356 tussen verscheidene steden in Noordwest-Europa. De afspraken die handelaren en handelssteden maakten, waren gunstig voor de handel. In de loop van de zestiende eeuw viel de Hanze uit elkaar.
‘Hanze’ betekent groep, gezelschap, gemeenschap of (bewapende) schare. Dit begrip werd aanvankelijk gebruikt door samenwerkende handelslieden – die elkaar beschermen tegen rovers – en later toegepast op allerlei steden, met name in Noord-Europa, die gingen samenwerken op economisch gebied. Samenwerkende koopmannen en steden gaven elkaar handelsprivileges, zoals vrijstelling van tol, en stimuleerden op die manier de onderlinge handel en winst.
Bekende handelssteden binnen de Hanze waren LĂ¼beck, Brugge, Londen, Dantzig, Keulen en Novgorod. In het huidige Nederland bevonden zich onder meer de Hanzesteden Zwolle, Deventer, Kampen, Elburg, Hattem, Hasselt, Harderwijk, Zutphen, Arnhem, Groningen, Wageningen, Lochem, Venlo en Tiel.
Oorsprong van de Hanze
De eerste vergadering van de Stedenhanze vond tijdens Pinksteren 1356 plaats in de Duitse stad LĂ¼beck. Hier waren allerlei steden vertegenwoordigd. Maar of deze vergadering het echte begin van de Hanze markeert, is punt van discussie. In de bundel Koggen, kooplieden en kantoren (Hilversum: Uitgeverij Verloren, 2009) lezen we:
“De Hanze is nooit officieel opgericht. Er bestaat geen oprichtingsoorkonde, noch een verbondsdocument. Het lijkt erop dat dit zelfs niet bij alle tijdgenoten bekend was. (…) Het ontstaan van de Hanze was een geleidelijk proces.” (13)
Daarna vonden meer vergaderingen plaats, op onregelmatige momenten. Het doel van de bijeenkomst(en) was om de samenwerkende steden te informeren over veilige handelsroutes en het vaststellen van richtprijzen. Belangrijk was ook dat men hier afspraken maakte om gezamenlijk privileges te kunnen afdwingen.
Het aantal deelnemende handelaren en steden wisselde nogal. Maar op het hoogtepunt van de Hanze – begin vijftiende eeuw – telde de club Hanzesteden ongeveer tweehonderd leden. Hanzekantoren en -steunpunten waren vooral in Noord-Europa te vinden, zoals in Brugge, Bergen, Novgorod en Londen, maar ook elders in Europa, zoals in het Franse Nantes en in Lissabon.
Handelsgoederen
De handel die binnen de Hanze plaatsvond, bestond uit goederen als zout, hout, allerlei vissoorten, graan, bier en wijn, laken, bijenwas en dierenhuiden. Het vervoer van deze producten vond vooral plaats over zee en over rivieren. Het belangrijkste schip dat hiervoor gebruikt werd was de kogge. De koggeschepen kunnen beschouwd worden als de allereerste vrachtschepen uit de Middeleeuwen.
Naast de Noordzee speelden de Oostzee en de IJssel een belangrijke rol in de Hanze. De IJssel was een belangrijke vaarroute vanwege haar diepgang over de gehele lengte en het feit dat de rivier tolvrij was. Daarbij had de IJssel een gunstige ligging: de rivier vormde een schakel tussen het handelsverkeer uit de Oostzee en dat uit het Noordzeegebied.
Neergang van de Hanze
Onder invloed van de opkomst van concurrerende handelsnetwerken, zoals de concurrerende Oostzeehandel en later de Vereenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), begon het Hanzenetwerk vanaf de zestiende eeuw uit elkaar te vallen.
Boek: Koggen, kooplieden en kantoren. De Hanze: een praktisch netwerk
Lees ook: LĂ¼beck – koningin van de Hanze
Ook interessant: Artikelen over de Middeleeuwen
Bronnen â–¼
Boeken
-Hanno Brand en Egge (red.), Koggen, Kooplieden en Kantoren. De Hanze, een praktisch netwerk (Hilversum: Verloren, 2009).
Internet
-https://mijngelderland.nl/inhoud/verhalen/hanze-in-gelderland
-https://www.visithanzesteden.nl/hanzesteden/geschiedenis%20hanzesteden/
-https://www.entoen.nu/nl/hanze