Op 15 augustus 1988 werd in Den Haag het Indisch Monument onthuld door koningin Beatrix, ter nagedachtenis aan alle Nederlandse burgers en militairen die in de Tweede Wereldoorlog het slachtoffer werden van de Japanse bezetting. De onthulling vond plaats precies 43 jaar na de aanvaarding van de Verklaring van Potsdam en de Japanse aankondiging tot capitulatie. Ieder jaar op 15 augustus wordt bij het beeld de Indië-herdenking gehouden.
In 1987 werden er in totaal drie ontwerpen gemaakt voor het monument. De speciaal hiervoor opgerichte Stichting Indisch Monument koos uiteindelijk voor het ontwerp van de Bulgaars-Nederlandse kunstenares Jaroslawa Dankowa. Er werd 500.000 gulden voor uitgetrokken. Dat het ruim veertig jaar duurde voor er een monument werd opgericht is opvallend. De toenmalige voorzitter van Stichting Herdenking 15 augustus 1945, Rudy Boekholt, noemde dit voorafgaand aan de onthulling een pijnlijke zaak.
“Men had hier aanvankelijk in het geheel geen interesse voor de ervaringen van die kwart miljoen landgenoten uit Indië. Deze mensen stuitten op een muur van onbegrip: hier hadden wij de hongerwinter, onder de tropenzon kon het toch zo erg niet zijn geweest. Maar in Nederlands-Indië zijn in verhouding drie keer zoveel slachtoffers gevallen als in Nederlands tijdens de oorlog met de Duitsers.”
Geen bevrijding
Waar in Nederland het einde van de oorlog symbool staat voor de bevrijding, wordt die term door overlevenden uit Nederlands-Indië doorgaans niet gebruikt. Na de capitulatie waren de problemen voor velen van hen nog niet voorbij. Er ontstond een gezagsvacuüm in de voormalige kolonie. Vrijheidsstijders hadden het in de periode voorzien op (Indische) Nederlanders. In de maanden na de bevrijding vielen hierdoor nog duizenden slachtoffers.
Herdenking
In 1970 werd het einde van de Tweede Wereldoorlog in Azië voor het eerst groot herdacht. Pas tien jaar later werd dit in jaarlijkse traditie. Het initiatief om ook landelijk monument te maken, kwam van een adviescomité van het ministerie van OCW. Het monument moest herkenbaar zijn voor ten minste vier groepen oorlogsgetroffenen in de periode 1941-1945: militairen, vrouwen en kinderen uit de kampen, krijgsgevangenen en Indo-Europeanen die in het algemeen buiten de kampen waren gebleven en de zwaarst getroffen Indonesische groep dwangarbeiders, de romusha’s.
Zeventien figuren Indisch Monument
Het monument bestaat uit zeventien bronzen figuren, opgesteld voor een hoog hekwerk. Deze figuren staan symbool voor de verschillende gezichten van lijden: de pijn, de wanhoop en het protest. De buitenste figuren verwijzen naar de bevrijding. Met opgeheven hoofd en gebalde vuist kijken zij de toekomst strijdlustig tegemoet.
In het beeld is ook een kaart van Indië verwerkt en de tekst “de geest overwint”. Links op het monument staat de tekst 8 dec. 1941-15 aug. 1945. Deze data verwijzen naar de oorlogsverklaring van Nederland aan Japan en de capitulatie van Japan na het Amerikaanse bombardement op de Japanse steden Hiroshima en Nagasaki.
In miniatuurstad Madurodam bevindt zich sinds 2005 een kleine versie van het monument. Dat jaar werd ook een urn met aarde van erevelden in Zuidoost-Azië ingemetseld in een zuiltje bij het monument.
Vlucht van de koloniale regering in Nederlands-Indië
Boek: Gepeperd verleden. Indië, Indonesië en Nederland 1595-2000
Een herdenking bij Indisch monument
Bronnen ▼
-http://www.indieherdenking.nl/nl/historie-monument
-http://www.indieherdenking.nl/nl/beschrijving