Dark
Light

De Investituurstrijd (1066-1122) en het Concordaat van Worms

De machtsstrijd tussen het wereldlijk en geestelijk gezag
Auteur:
4 minuten leestijd
De Investituurstrijd - Hendrik VI bij Canossa (Eduard Schwoiser)
De Investituurstrijd - Hendrik VI bij Canossa (Eduard Schwoiser)

De Investituurstrijd is de benaming voor een strijd tussen paus Gregorius VII en diens opvolger enerzijds en de Europese vorsten, waaronder vooral de Rooms-Duitse keizers, aan de andere kant. Het conflict draaide om het benoemingsrecht van hoge geestelijken, die naast kerkelijke ook wereldlijke macht uitoefenden. In 1122 werd met het Concordaat van Worms een poging gedaan een eind aan het conflict te maken.

Etymologie

Paus Gregorius VII
Paus Gregorius VII
Het woord investituur is afkomstig van het Latijnse vestitura, wat zoveel betekent als ‘aankleden’ of ‘bekleden’. Dit verwijst naar de benoeming van bisschoppen in de vroege Middeleeuwen. Van de keizer ontvingen de hoge geestelijken in deze tijd na hun benoeming de zogenaamde investituur. Ze werden ‘aangekleed’ en ontvingen symbolisch een ring voor het geestelijke werk en een staf voor de wereldlijke arbeid.

Het conflict

Voor de Investituurstrijd was het jaar 1066 belangrijk. Dat jaar aanvaardde de zestienjarige Hendrik IV de macht, na het overlijden van zijn vader Hendrik III. In de jaren hiervoor was er ook al geregeld onenigheid over het recht tot benoeming van bisschoppen, maar onder Hendrik IV barstte het conflict echt los.

Keizer Otto de Grote was in de tiende eeuw begonnen zelf bisschoppen te benoemen. Omdat hij de bisdommen ook grafelijke rechten had gegeven, konden bisschoppen nu grote delen van het Duitse rijk besturen. Voor de vorsten waren deze bisschoppen interessant omdat ze onder meer zorgden voor een flinke belastingopbrengst. Op den duur werd het bisschopsambt hierdoor zo populair dat personen die bisschop wilden worden koningen en keizers grote sommen geld boden. Zo ontstond ook een situatie dat er bisschoppen benoemd werden die nooit door de Kerk zouden zijn gekozen. Veel van de benoemde bisschoppen hielden zich bijvoorbeeld helemaal niet aan het celibaat en verwekten zelfs verschillende kinderen.

Hendrik IV
Hendrik IV
De paus verzette zich al vanaf het begin tegen de benoeming door het wereldlijk gezag, maar de vorsten hadden daar lange tijd geen boodschap aan. Na het aantreden van de jonge Duitse koning Hendrik IV besloot de Romeinse Curie (het bestuursapparaat van de paus) onder leiding van kardinaal Hildebrand de rechten van de keizer met betrekking tot de benoeming van bisschoppen flink in te perken. Toen Hildebrand in 1073 paus werd als Gregorius VII werd deze strijd nog feller. De nieuwe paus eiste een volstrekte scheiding tussen de geestelijken en de gewone gelovigen. Gregorius VII was vastbesloten een einde te maken aan het morele verval van de Kerk. Bisschoppen die het niet met hem eens waren, werden direct in de ban gedaan. Gregorius VII wilde de Kerk zuiveren.

Synode van Worms

De spanningen tussen Hendrik IV en paus Gregorius VII liepen al snel op. In 1075 kwam de zaak tot een uitbarsting toen de koning een verzoek van de paus om de benoeming van de priester Tedald tot aartsbisschop van Milaan terug te draaien, naast zich neerlegde. Niet veel later riep Hendrik IV in Worms een kerkelijke en nationale synode bijeen. Tijdens deze synode werd verklaard dat paus Gregorius VII een ‘valse bisschop’ was en dat hij zijn pauselijke zetel moest verlaten. Een groot aantal Duitse kerkelijke leiders verklaarden verder dat ze zich niet langer aan de paus ondergeschikt achtten. Paus Gregorius VII sprak hierna de banvloek uit over de koning en zijn medestanders en verklaarde in een bul dat Hendrik was onttroond.

De synode wordt soms ook beschouwd als het feitelijke begin van de Investituurstrijd.

De "gang naar Canossa" van Hendrik IV
De “gang naar Canossa” van Hendrik IV

Canossa

De excommunicatie bracht Hendrik IV in een lastig parket. Een aantal Duitse bisschoppen keerde zich tegen hem en ook sommige vorsten dreigden de kant van de paus te kiezen. Omdat hij vreesde zelfs de troon te verliezen, besloot Hendrik IV naar Italië af te reizen om de paus, die in de burcht van Canossa overwinterde, openlijk te smeken de ban op te heffen.

Volgens de overlevering liet de paus de koning in Canossa eerst blootsvoets drie dagen en nachten in slecht weer wachten. Voor de paus was de situatie lastig. Enerzijds wist hij dat zijn politieke positie in Duitsland zwakker werd als hij de koning vergiffenis schonk. Aan de andere kant wist hij dat hij als leider van de Kerk verplicht was genade te schenken. Uiteindelijk besloot de paus dat Hendrik IV voldoende boete had gedaan. De koning werd binnengelaten en de banvloek werd opgeheven.

Waarschijnlijk is de hele situatie behoorlijk overdreven en heeft de koning helemaal niet op blote voeten in slecht weer drie dagen staan wachten. De meeste historici gaan ervan uit dat Hendrik IV gewoon in het gerieflijke tuinhuis van de paus verbleef. In de tussentijd overlegden zijn raadsheren met die van de paus.

Keizer

Oorkonde van het concordaat van Worms
Oorkonde van het concordaat van Worms
Na zijn “gang naar Canossa” waren de problemen voor Hendrik IV nog niet voorbij. De opstandelingen hadden in zijn rijk in de tussentijd een tegenkoning benoemd: Rudolf van Zwaben. Dit zorgde voor een bloedige burgeroorlog die drie jaar duurde. Daarna voelde Hendrik IV zich sterk genoeg om zich opnieuw te verzetten tegen de macht van de paus. In 1080 deed die de koning daarom opnieuw in de ban. Dit keer was het effect daarvan vanuit het oogpunt van de koning bezien veel kleiner. Voor velen was duidelijk dat de paus Hendrik IV dit keer alleen om politieke redenen in de ban had gedaan. De koning trok in 1083 met een leger naar Rome en zette de paus af. Vervolgens installeerde hij zijn vertrouweling Wilbert van Ravenna als nieuwe paus. Deze tegenpaus, Clemens III, kroonde Hendrik IV vervolgens onmiddellijk tot keizer.

Concordaat van Worms

In 1122 maakte Hendriks opvolger, zijn zoon Hendrik V, na jarenlang onderhandelen met paus Calixtus II een eind aan de Investituurstrijd. Tijdens het Concordaat van Worms werd bepaald dat nieuwe bisschoppen voortaan door de belangrijkste priesters in het betreffende bisdom zouden worden gekozen. Maar dan wel in bijzijn van de koning, die daarmee toch een zekere mate van invloed behield.

Overzicht van boeken over de Middeleeuwen
Boek: De uitvinding van de Rooms-katholieke kerk

×